Harlingen, bewoners

Onderstaande gegevens zijn afkomstig uit verscheidene bronnen in het Harlinger Gemeentearchief. Ze zijn bijeengezocht en verwerkt door Jan van Wilsum, voormalig gemeente-ambtenaar bij de afdeling Burgerzaken aldaar. In de loop der jaren voerde hij uit hoofde van zijn functie de nodige genealogische en historische zoektochten uit en hield daar aantekeningen van bij. In zijn vrije tijd werkte hij de aantekeningen uit en rubriceerde hij alles wat hij gevonden had.

Het resultaat is een lijst van meer dan 50.000 eigennamen met daarbij vermelding van gebeurtenissen en vindplaatsen. De vindplaatsen worden aangegeven met een vermelding zoals 'B.S. voor Burgerlijke Stand', of met een boeknummer zoals 'GAH650', verwijzend naar inventarisnummers uit 'Harlingen, inventaris der archieven', door mr. H.T. Obreen, uitgegeven door A.J. Osinga, Bolsward, 1968.

Tip van een lezer: als bij overlijden 'ongehuwd' wordt vermeld, kan dat ook betekenen dat iemand weduwe of weduwnaar was. Blijven zoeken dus!

Gegevens uit bronnen worden zorgvuldig overgenomen, maar lees- en typfouten zijn onvermijdelijk. Gegevens die niet in de bron staan maar door mij zijn aangevuld op basis van andere bronnen of andere gegevens uit dezelfde bron, zijn voorzien van een *. Gegevens die door mij aangepast of geïnterpreteerd zijn, zijn zoveel mogelijk voorzien van een verduidelijkende toelichting tussen [ ]. Bij het overnemen van eigennamen is de originele spelling gehandhaafd. Soms is echter te voorzien dat een kennelijke schrijf- of spelfout in de bron een probleem zal geven bij het zoeken naar een eigennaam of bij het maken van een alfabetische index. In zo'n geval is de juiste of meest voorkomende spelling van een eigennaam aangehouden, met toevoeging van een toelichting tussen [ ]. Bij het overnemen van plaatsnamen, straatnamen en beroepen die in alfabetische indexen terecht komen is voor zover mogelijk de moderne spelling aangehouden, om het zoeken te vereenvoudigen. Mogelijk staat in een bron bijvoorbeeld Doccum, terwijl op deze website Dokkum staat. Zo wordt een glaesemaecker een glasmaker. Die spelling is voor het doel van deze website (het ontsluiten van bronnen, niet het transcriberen van bronnen) niet belangrijk.



Deze gegevens zijn voor het laatst bijgewerkt op



voorna(a)m(en)  familienaam info
Sikke B IJsenbeek Maandag den 17 dec 1798. de Raad ordrs Vergadert zijnde, Is de Praesident van de Raad van Discipline den Burger Sikko IJ., in ''t vriendelijk onderhouden, ter Zaake de Wagtmeester Lieuwe Holstein, in gepasseerde week tweemaalen verzuimd had de sleutels van de Stads poorten, aan de Praesident van de Raad der Gemeente te bezorgen en is dezelve Burger IJ. Verzogt dat deze Raadvan discipline, Zodanige Maatre-gelen geliefden te neemen, dat hier omtrent aan de voorige gebruiken werde voldaan, Waar over Lieuwe Staande Vergadering excuus gevraagd heeft. (GAH44); geb 1756 HRL, ovl 21 mei 1815 HRL, huwt met Catharina Kloostra, kind: Jan IJ, geb 4 mrt 1779 HRL, ovl wijk A-022, in leven koopman, zoutbrander en huurt greide 1801-1810, zv Bente IJ, en Janke Bulard; BS ovl 1814, ovl 1815, huw 1831, ovl 1862; eigenaar van wijk D-088; gebruiker Geeske Timens, 1814. (GAH204); id. van wijk D-111; gebruiker Marijke Koenraads, 1814. (GAH204); eigenaar en gebruiker van wijk D-122, zoutkeet ''de Hand''; medegebruiker Doekle Vinia, keetknegt, 1814. (GAH204); betaalt aan de rentmeester van het Weeshuis f. 1335:0:0 terzaake cooppenningen aan de 66 3/4% voor een landschaps thoonder deezes obligatie van Resol. 21 feb 1691, verschint den 2mrt, gequoteert met no. 46, groot f. 2000:0:0, 21 may 1788. (GAH1120); ontvangt van de rentmeester van het Weeshuis f. 30:17:0 wegens mouten en geleverde hop, quit. no. 2, 15 jan 1791. (GAH1123); eigenaar en gebruiker van wijk A-022, zeepzieder, 1814. (GAH204); eigenaar van wijk A-070; gebruiker Marijke Stoef, naaister, 1814. (GAH204); id. van wijk A-071, wagenhuis, 1814. (GAH204); eigenaar engebruiker van wijk A-079 en wijk A-080, pakhuizen, 1814. (GAH204); heeft een overdekte waagen, belasting: f. 12:0:0, may 1795, may 1796 may 1797, 1798, 1799, 1800, 1801, may 1802. (GAH650); id. belasting: f. 13:0:0, may 1803. (GAH650); id. belasting: f. 13:4:0, may 1804 may 1805. (GAH650); woont in 1e quartier, huisno. 22, heeft 1 huisbediende, belasting: f. 1:0:0, may 1802, may 1803, may 1804, may 1805. (GAH650); woont in 1e quartier, links:. -13:0, rechts:1-2:0; Rijtuigenreg. 1795-1805; S. IJ. op Lyfrenthe benefens Zyn suster samen op lijst van Vierentwintig Stuivers Voor den 12 sep 1796, 1e quartier: f. 300:0:0 (GAH650); op lijst van Vierentwintig Stuivers Voor den 12 sep 1796, 1e quartier: f. 250:0:0 (GAH650); ontvangt van de rentmeester van het Weeshuius f. 21:15:0 voor geleeverde hop, 22 jan 1793, quit. no. 2 (GAH1125); ontvangt van de rentmeester van het Weeshuis f. 92:0:0 ter Saeke geleverde zeep, 31 dec 1810, quit. no. 43 (GAH1142); id. f. 51:10:0, 31 dec 1805, quit. no. 19 (GAH1138); id. f. 49:0:0, 9 okt 1806, quit. no. 66 (GAH1138); id. f. 48:0:0 wegens geleverde Ton zeep, 31 dec 1806, quit. no. 79 (GAH1138); id. f. 26:0:0 ter Saeke geleverde zeep, 22 sep 1807, quit. no. 52 (GAH1139) id. f. 24:0:0, 13 jan 1808, quit. no. 19 (GAH1140); id. f. 52:0:0, 26 jul 1808, quit. no. 57 (GAH1140); id. f. 61:10:0, 29 dec 1808, quit. no. 77 (GAH1140); id. 3 okt 1809, quit. no. 53 (GAH1141); id. f. 58:0:0, 30 dec 1809, quit. no. 58 (GAH1141); onbetaalde ordonnantie van het Weeshuis van S. IJ., (dag. behoeften), 31 dec 1810: f. 90:0:0 (GAH1142); afsluiting Weesboek: Voorenstaande Rekening opgenomen zijnde, is volkomen wel bevonden, zijnde deeze Opneming geschied bij het Gemeente Bestuur, ter presentie van de Weesvoogden, op den Raadhuize binnen HRL den 14 Januar. 1807, zullende dit Schadelijk Slot in de volgende Rekening voor uitgave worden gebragt. Was getekend: S.B. IJ., Minno Vellinga, IJ. Hoornstra, Menno Vink, L.C. van Goch, H. Peaux, Wijger Harmens, A.J. Conradi (GAH1138); Dingsdag den 10 sep 1799. de Raad der Gemeente extra=ordinaris vergadert Zijnde, hebben ter vergadering binnen gestaan, de Burgers H:Westra en S. IJ. als Gecommitteerden uit het Collegie van Brandmeesteren, te Kennen geevende, dat er onder de Gewapende Burgermacht, zich over de 40 Perzoonen bevonden, Welke uit hoofde van haare Posten en bedie-ningen, in Cas van onverhoopte brand, bij de spuiten moesten assisteren en dus, of hunne Schutterlijke dienst of de Brandspuiten moesten verlaaten, waar uit in beide gevallen, in de tegenwoordige tijdsomstandigheden, de grootste Confusie Zoude Koomen Ontstaan, Proponerende gedagte gecommitteerden, uit dien hoofde of de Raad niet Zoude Konnen goedvinden, voor eenigen tijd, en tot Wederopzeggens toe, een genoegzaam getal Particuliere Burgers (geene Schutterlijke dienstdoende) aan te stellen, om in allen gevalle, bij de Brandspuiten te assisteren, Waar over gedelibereerd Zijnde, is uit Consideratie der aangevoerde redenen, Conform het voorstel geconcludeert, en Zijn de Burgers Albeda x Wellinga in Commissie gesteld om Zulks te effectueren met Wijdere Last om de Burgeren Welke Zich, tot voorz:diensten Willen laaten employeren, op de volgende Conditien aan te neemen: Pmo dat dezelve Zullen gelibereerd Zijn van de betaalinge van ''t Wagtgeld; Sdo dat dezelve wanneer de Brandspuiten gevisiteerd worden, voor deeze moeite zullen genieten, Ses Stuivers, en wanneer Zij bij de Spuiten in Cas van onverhoopte brand assisteren, daar voor billijk Zullen worden beloond, na ordinair gebruik Ttio dat dezelve onder de orders, en gehoorzaamheid. van de Brandmeesteren, Zullen moeten staan, en dat aan ieder van hun een Penning Zal werden gegeeven, op dat Zij mogen Weeten, bij Welke Spuit elk van haar bescheiden is. (GAH45); Dingsdag den 5 Sept. 1797. Het Geregte Extra Ordinaires vergadert zijnde, verscheenen in ''s Geregte Vergadering de Burgers IJege Visser en S:IJ. als daartoe gecommitteerd door de raad van Administratie en Disciplijne van de gewapende Burgermagt alhier, versoekende dat er door een Commissie uit het Geregte, beneffens die van de raad van Administratie, een finaal Huishoudelijk Reglement voor de gewapende Burgermaght alhier mogt worden geformeerd, produceerende ten dien einde dat van Leeuwarden, en zijn tot deeze Commissie benoemd Hendriks & Coulbout. (GAH43)