Harlingen, inventarisatieboeken

Sinds september 2016 zijn leden van de Werkgroep Archiefonderzoek, een werkgroep van de Vereniging Oud Harlingen, bezig met het overnemen van de belangrijkste gegevens uit de 33 Inventarisatieboeken van Harlingen. In deze boeken staan verslagen van inventarisaties van sterfhuizen, zoals die plaatsvonden van 1589 tot 1727. Het project RedBot stelde hiervoor welwillend de foto's van deze inventarisatieboeken beschikbaar, het Hannemahuis een werkruimte en het Stadsarchief inhoudelijke ondersteuning. We zijn ze dankbaar.

De inventarissen die aan een bepaald adres zijn toegeschreven zijn ook zichtbaar via 'Huizen -> Zoek je huis'. In onderstaande lijsten is dat adres ook zichtbaar. Een groen adres geeft aan dat het adres vrij zeker juist is. Bij niet groene adressen is dat minder zeker, maar het is hopelijk toch minstens in de buurt. Zoals altijd zijn de kolommen te sorteren door op de kolomkop te klikken, boven de tabel kan snel naar de juiste letters of de juiste pagina worden gesprongen, en door op een adres te klikken verschijnt de pagina met alle bekende gegevens van dat adres.

N.B. Alleen als de lijst is gesorteerd op datum, is de extra kolom 'relatie' te zien, omdat die alleen dan de relatie met de volgende persoon in de lijst kan weergeven.

Gegevens uit bronnen worden zorgvuldig overgenomen, maar lees- en typfouten zijn onvermijdelijk. Gegevens die niet in de bron staan maar door mij zijn aangevuld op basis van andere bronnen of andere gegevens uit dezelfde bron, zijn voorzien van een *. Gegevens die door mij aangepast of geïnterpreteerd zijn, zijn zoveel mogelijk voorzien van een verduidelijkende toelichting tussen [ ]. Bij het overnemen van eigennamen is de originele spelling gehandhaafd. Soms is echter te voorzien dat een kennelijke schrijf- of spelfout in de bron een probleem zal geven bij het zoeken naar een eigennaam of bij het maken van een alfabetische index. In zo'n geval is de juiste of meest voorkomende spelling van een eigennaam aangehouden, met toevoeging van een toelichting tussen [ ]. Bij het overnemen van plaatsnamen, straatnamen en beroepen die in alfabetische indexen terecht komen is voor zover mogelijk de moderne spelling aangehouden, om het zoeken te vereenvoudigen. Mogelijk staat in een bron bijvoorbeeld Doccum, terwijl op deze website Dokkum staat. Zo wordt een glaesemaecker een glasmaker. Die spelling is voor het doel van deze website (het ontsluiten van bronnen, niet het transcriberen van bronnen) niet belangrijk.



Deze gegevens zijn voor het laatst bijgewerkt op 2023-06-24 09:18:17



Vindplaats: Tresoar, Nedergerecht Harlingen (13-16) inventarisnummer 220 folio 211r

Pand: Hoogstraat 7

Inleiding: [0211r] Inventarisatie en beschrijvinge gedaan ten sterffhuise van wijlen Rienk Willems in leven coopman binnen Harlingen, van alle de goederen, actien en crediten, bij den overleden nagelaten en bij desselfs weduwe Rixtie Tiepkes, benevens haar eigen pro indiviso gepossideert wordende gedaan bij en ten overstaan van de preasiderende burgemeester Tieerd Bouwens en Joost Gonggrijp als commissarisen, mitgaders doctor Arnold van Idsinga secretaris, ten versoeke van Fokeltie Rienx huisvrouwe van de coopman Jan Romkes Hornstra met deselve gesterkt, Stoffel Middagten schoutbenagt van 't collegie ten Admiraliteit in Frieslandt, als vader en voorstander over sijn soon Cornelis Middagten bij sijn wijlen eerste vrouw Grietie Rienx in egte getogen, en Jacob Romkes Braam als geau- [0211v] teriseerde curator ad actum divisionis over Geeske Willems nagelaten dogter van Willem Rienks, in dier qualiteit respectievelijk kindt en kindskinderen, sampt erffgenamen van wijlen gedachte Rienk Willems, tot welcken ende dan de weduwe Rixtie Tiepkes onder eede aan handen van welgedachte heeren commissarissen gepraesteert, in getrouwigheit te sullen aangeven sonder willens off wetens iets te verswijgen. Actum ten sterffhuise voorschreven, den 30 aprilis 1709.

Inventaris: 
[0211v] In de voorkamer 
een bed en peul en peuldoek 
een Japonse en een Spaanse dekens 
drie oorkussens met slopen 
twee lakens en een wijtling 
een paar groene gardijnen ende rabat 
een dito schoorsteenscleed 
vier glasgardijnen met roedties 
[0212r] een bonte doek voor 't bed 
een vrouwen stoel met een kussen 
een tafel en een platje 
twee stoven 
vier schilderborden 
een spiegel 
een notebomen heerdveger 
een haarborsel met silver beslagen 
vier porcheleinen schotelties 
een servet op de spijskamers deure 
een koperen dooffpot 
een tinnen kan 
een dito steenen met een tinnen lid 
twee koperen lampen 
een dito schuimspaan 
twee dito blakers, noch een 
een dito comfoorke 
een blicken tromp 
een koper suinigje en domper 
een dito snuyter 
een blaas balk 
een tee bladje 
een blicken swevelstoks laadje 
[0212v] een mesken kandelaar 
seven silveren lepels, met een dito kleintie 
twee tinnen lepels 
twee boecken met silver haecken 
een blicken tee bol, noch een 
6 a 7 boecken 
drie porcheleinen 
een horologie met een silver kettingh 
16 steenen pannen 
een kinder stoeltie 
twee rode trekpotten met silver beslagh 
34 thee schotelties porchelein 
30 kopjes dito 
twee dito spoelkommen 
een diito kleintie 
een porcheleinen panne 
vier kleine dito 
twee messen 
 
In het voorhuis en gang 
een geweer bord 
drie snaphanen 
twee pistolen, een forket stok 
[0213r] drie schilderien 
vier porcheleinen klapmutsen 
een dito klein 
agt porcheleinen koppen 
een silver brandewijnskroeske 
een cabinettie 
twee glasgardijnen met roedtjes 
ses stoelen met kussens 
een dito vrouwen met een kussen 
een kast 
een tafel 
een mantelstok 
een vloerveger en twee stoffers 
twee armkorfkes 
een rak met 12 borden en 5 schalen 
een schilderbordtie 
een glasgardijn 
twee matten 
drie beenen hegten 
eenige gele coralen, Hinkemoei toecomende 
met silver beslaggen tot vlessen 
een stuckene silver lepel 
een fluwelen buidel 
aan gelt twaalff gulden dartien stuivers f 12-13-00 
8 3/4 valueerde rijxdaler f 21-17-08 
[0213v] een tien stuivers f 00-10-00 
vier Engelse schellingen 
1/8 rijxdaler en een Muscovische stuiver 
twee gouden ducatons 
twee dito rosenobels 
twee dubbelde ducaten 
twee enkelde dito 
drie silvere ducatons 
23 2/4 seg 23 2/4 valueerde rijxdalers 
noch seg 1/4 rijxdalers 
twee ieder a 40 stuivers 
een a veertien stuivers 
12 schellingen 
een dubbeld merkstuk Deens 
twee dito ieder a 4 stuivers 
nog drie kleine stukjes 
een gouden ducaton 
een dito Franse pistolet, noch twee dito 
een dito rosenobel 
een dubbelde ducaat 
ses enkelde ducaten 
8 1/2 ellen nieuw-doek aan twee lapkes 
twee beffen 
[0214r] 3 1/2 ellen calemink 
twee tripen kussenbladen 
een lapke bontgoet 
een servet en een handdoek 
vijff silveren ducatons 
vijff rijxdalers 
twee a 40 stuivers ieder 
een dubbeld, en een enkeld merkstuk 
een tien stuivers 
elliff schellingen 
ontrent drie gulden aan Deense stukjes 
aan pajement drie gulden een stuivers 8 penningen 
Een silver croes waar op twaalff gulden geleent is 
drie ejerlepelties, en silver schipke 
een vrouwen hegt met silver ingelegt 
elliff silvere lepels en twee dito kleinties 
vier catoenen wijtlingen 
[0124v] twintig bedlakens, noch vier 
vier peuldoecken 
agtien slopen, noch vijff 
agt tafellakens 
seventien servetten 
een groote kinderdoek 
vier lappen fijn-doek 
twee dito camerdoek 
een dito neteldoek 
een halff laken 
twee bonte tafelspreeden met een glasgardijntje 
een reissak 
een lap 
schorteldoeks goed 
vier bonte tafellakens 
een bont sloop en hemdsak 
een dito hand-doek 
vijff paar mans hoosen 
een lap catoen, noch een 
drie lappen toppen goed 
drie boeken, en eenige prenten 
een lap bay ende een strijklap 
 
In de vaste kast in 't voorhuis 
[0215r] in een sak hondert en ses dalers met twee schellingen 
noch in een sak twee hondert twee en sestigh Caroliguldens, noch een gulden 
vijf rijxdalers en een oord 
drie silvere ducatons 
aan pajement elliff guldens ses stuivers 
een Deens merk stuk en een Deense stuiver 
vier tee-bossen 
vier porcheleinen klapmutskes 
twee dito schotelties 
tien Delfze panties 
drie flessen en drie glasen 
een kruid-tromke 
een bedsak 
ses tafellakens 
twee servetten en catoenen doek 
twee sloopkes 
twee dasjes, een neusdoek ende slaapmuts 
een lap streepjes goed ende een bonte doek 
een bont schoorsteenscleed 
een lap rood-bay 
[0215v] een groen schoorsteenscleed 
twee lappen sarje danime 
een lap swart bay 
een wit hemdrock 
een rode dito met silver knopen 
een sarje danime mans rok 
een hoed 
een steenen kopke met twee ooren 
 
In de binnenkamer 
vier schilderien 
een spiegel 
drie grote en twee kleine porcheleinen klapmutskes 
een dito vrugtschaal 
ellif dito pannen soo groot als klein 
twee dito vleskes 
6 dito koppen klein en groot 
vijff dito schotels 
vier dito boter panties 
twee dito vrugtschalen 
twaalff dito koppen soo groot als klein 
drie dito tee-kopkes 
[0216r] een silver brandewijns-kroeske 
een bed en peul en peulsak 
vier oorkussens met slopen 
een bedsak 
twee groene en een Spaanse deken 
een groen bedspreed 
twee witte glasgardinen ende een roede 
een mantelstok 
een paar gardijnen en rabat 
een groen schoorsteenscleed 
een groen tafelspreed 
een tafel en een comptoir 
een scherm 
ses notebomen stoelen met kussens van trijp 
een dito kinderstoeltie 
twee geldkisten 
een kleerbezem 
21 stucken steenwerk in de spijskamer 
twee porcheleinen koppen en schuttelties 
drie boteljes met silver beslag, noch een 
7 romers, een olipottie, stenen schoenen 
twee bierglasen 
twee gootlingen 
twee teeketels 
twee koperen stalpannen, nog een 
[0216v] een dito boffertspanne 
een vuirbecken 
een vijsel 
een blaker en kandelaar 
een dito komfoor 
een strijkijser, en klein keteltie 
twee koperen heerd dekzels 
vier platte roeden voor de glasen 
een blicken appelbrader 
seven blicken tee-bossen 
een dito tromp, nog drie 
een dito koffykan 
een theeketel 
een dito koffykan 
een loden tobaksdoos 
een koker met ses messen 
vier tinnen schotels 
een tinnen schenkpot, en een dito trekpot 
een pijpkanne, tragter en doopschuttel 
twee kannen met tinnen lidden 
twee treeften 
een brander en een hackmes 
 
In een buideltie 
een gouden ducaton 
een dito rosenobel 
een dubbelde en een enkelde ducat 
vier Engelse cronen 
 
[0217r] [marge: Toebehorende Geeske Willems, den 4 juli 1710 aan de heer Middagten overgelevert] 
In een klein kistje 
aan silver gelt, twintig rijxdalers seg negentien 
een golden ducaton en een rosenobel, een silver doit vierkant 
[marge: dit affgehaelde behoort mede aan Geeske Willems, en mede als boven aan de heer Middagten overgelevert] 
een silver lepel 
een silver hoofden mes 
een silver forkje 
een silver bel 
een paar gouden knoopkes 
een halve ducaton s 31 stuivers 8 penningen 
tien en een halve rijxdaler 
een rosenobel en gouden ducaton 
[marge: Idem overgelevert] 
een bondel brieven specterende tot Willem Rienx boedel, aan de sak daar het naam voorstaande gelt etc in is vast gebonden, seg daar inne geleght, en noch een bondel aan de sak vast gehecht 
een goudwight 
een bont tafelspreed, en boek 
een bondel quitantien van de koop van de stal en 't bouwen 
eenige quitantien, ingeloste obliegatien en acten van guarandt, rakende de koop ende betalinge van 't schip van Pieter Sioerds voormaels gekogt, met het coopbrieff 
[0217v] een bondel brieven rakende de koop van 't hoff en oncosten van dien 
een dito rakende de koop van 't huis 
een eeken kast 
drie en dartig stuivers aan gelt bevonden in een task van Hinkemoey 
een silver signet, noch een 
twee heel grote silver kroesen 
drie dito wat kleiner 
noch een silver beker 
noch een dito kleintie 
een groote silver kanne 
een kleiner dito 
een agt kantige silver kop 
twee ovaalse dito 
twee silver soltvaten 
een dito mostertpot met een silver lepeltie 
een silver kelkje met een deksel 
noch een silver signet 
ses stucken silver poppe goed 
twee silver penningen 
een dito teelepeltie 
[0218r] een silver schipke met twee a drie knopen 
tien silver ejer lepelties 
aan gelt vier guldens vier stuivers f 4-04-00 
een en twintig silver lepels 
een tobaksdoos met silver 
een wit kantie met een silver lid 
drie en twintig slopen 
agt peulsacken 
agtien lakens, noch een 
vier wijtlingen 
dartien manshemden, nog een dito 
vier en twintig servetten 
vier tafellakens 
vier beddoeken 
een glasgardijn, met een kastspreed 
een teedoek 
een roodscharlakens rock 
twee swart lakens mantels 
een rok met een broek 
een hoed 
 
[0218v] In 't agter kamertie 
een eyer rack 
een stoffer 
een mangelbord 
een mangelbord en vier stocken 
twee armkorven 
twee lanterens 
twee tinnen schotels 
een tinnen soltvat 
elliff stucken steenwerk 
een voeder vles 
seven porcheleinen panties 
twee klapmutskes 
vijff koppen 
een schilderij en spiegel 
een bont schoorsteenscleed 
een paar gardijnen en rabat 
een bed en peul 
een groene en Spaense deken 
vier oorkussens met twee slopen 
een peulsak 
een glasgardijn en 2 koperen roeden 
[0219r] tien stoelen en seven kussens 
een kastje 
twee schorten 
een blauwe rok 
vijff vrouwen hemden 
ses blauwe schorteldoeken 
vier nagthalsdoeken 
ses witte schorteldoeken, noch drie 
twee witte borstrocken 
vijff ondersten 
9 kroplappen 
vier paar moukes noch een paar 
vier neusdoecken 
agt mutsen 
eenige roven breid geern 
een kleerbesem 
 
Het agter boven kamertie 
een bed en peul 
vier oorkussens met slopen, noch een 
twee kleine dito sonder slopen 
[0219v] een Japonse en een groene deken 
twee bedlakens 
ses stoelen 
twee vrouwen en vier andere stoelen 
een spinwiel 
een standkandelaer 
ontrent twee pond vlas 
een mans hemdrok 
een zeeboek 
een slaapbank ende een tafel 
gardijnen, rabat ende schoorsteenscleed 
negen stukjes pochelein 
drie dito Delfs 
een tromp en drie doosen 
twee stoven en een a twee vaties 
twee korfkes en een kruik met worsten 
twee borden en twee mangelborden 
eenige kannen en vlessen 
een paar mans schoenen 
 
[0220r] In de kelder 
drie ketels 
een koekpan, noch een dito 
een treeft en farnois 
een vuirwagen 
eenig rood steenwerk 
drie wasch tobben 
een vatie jopenbier 
vier soetemelx keesen 
een vatie salm 
een holten confer 
een paar schalen en eenige wigten 
een trap en tafel 
een coperen aker en ijser pot 
een coperen schuimspaen 
een rooster een fork, twee koekrijver 
een koekpan 
een tee ketel 
twee treeften en een tange 
soltvat, en turffvat 
een tafeltie en drie stoelen 
vier stucken rookvleesch 
 
[0220v] Op de plaats 
drie witte gattie pannen 
een tinnen kom en witte dito 
vijff schalen 
twee bonte pannen 
12 tafelborden 
een bonte trekpot en bierpot 
eenig dagelijkx schotelgoed 
een gieter en slaademmer 
drie water emmers 
een schop 
 
Agter in 't somerhuisje 
twee admiralen [waarschijnlijk 2 gravures, portretten van Aucke Stellingwerf en Tjerk Hiddes de Vries] 
twee porcheleinen klapmutsen 
seven dito kopjes en seven schotelties 
vijff bruine kopjes en schotelties, noch 
een schoteltie 
vijff witte schalen en twee kommen 
drie witte en twee blauwe schotels 
Een Delfse kop 
15 tafelborden, een vrugtschale, en oly potje 
1 witte suikerpot 
een rak 
[0221r] twee porcheleinen klapmutsen 
twee furnoisen 
negen blauwe pannen Delfs, noch een 
20 witte stucken steengoed 
13 porcheleinen schotelties en 6 kopkes 
3 flessen met tinnen schroeven 
een kan met een tinnen lid 
een botelje 
een witter 
24 anjelier stocken 
eenige potties 
vijff stoelen 
een vat met vleesch 
een tafel 
 
Op de solder 
Een ledicant met een matras 
een partij brandtholt 
een pak korfke 
een moude 
een schip, Geeske toecomende 
een tweebaks vat, en keesbakje 
een krebbe met eenigh rommelingh 
noch een pak korff 
 
[0221v][marge: De huisgeraden en inboelen sijn bij boelgoed verkogt (uitgenomen het gemaakt silver) en hebben suiver gelt opgebraght een duysent twee en sestigh Caroliguldens 5 stuivers 4 penningen f 1062-05-04 
daarenboven geeft Jan Romkes [Braam] van de huisraden op taxatie ontvangen voor twee hondert negen en twintigh gulden 11 stuivers f 229-11-00 
de heer schoutbenagt [Stoffel Middagten] op tauxatie ontvangen een gulden 5 stuivers f 1-05-00 
Dieuke [niet ingevuld] heeft op taxatie daarvan genotenvoor 28 gulden 18 stuivers, item Jacob Romkes Braam voor vier gulden 5 stuivers] 
 
vier stoven, een tinnen kom 
twee hemdrocken met silver knopen, noch een 
twee paar hoosen, nog drie paar 
een bolke-vanger 
twee mansrocken, noch een 
een Japonse rok 
drie witte onderbroeken 
een stuk doek lang 40 ellen 
twee hoeden en een Engelse muts 
een lessenaar met een grote bijbel 
een hemdrok 
noch een paar hoosen 
een koperen gortpan 
een tinnen vlapkan 
een treksaagh 
een kist met timmergereedschap 
voorts scheeps rommelarije 
een pars en eenige matten 
Linnen dat van de bleek gekomen is 
[0222r] [marge: Bedragende alsoo te samen de vercogte ende taxeerde huisgeraden ende inboelen de somma van f 1326-04-04 
Actum den 12 december 1709] 
 
vier peul sacken 
29 slopen 
twee tafellakens 
19 servetten en doekjes uit de spijskamer 
24 manshemden 
seven dito broeken, wit 
21 dasjes 
40 neusdoecken en sakdoecken, daar onder die van Rixtie-moey [Rixtie Tiepkes] 
drie witte hemdrocken 
een schorsteenscleed 
3 bonte tafellakens, een bont sloop 
7 dito schoorsteenscleden, 4 hand-doeken 
3 dito glasgardijnen 
 
Onroerende goederen 
De huisinge cum annexis staande in de Hoogstraat, waar uit Rienk Willems versturven is 
Een hoff cum annexis op de Liemendijk binnen Harlingen (het hoff verkocht bij strijkgelt heeft opgebraght vrij en gereed gelt na deductie van rabat ende strijkgelt een somma van ses hondert negen en dartigh Caroliguldens 10 stuivers f 639-10-00) 
[0222v] [marge: het wijdschip bij strijkgelt vercoght heeft suiver gelt opgebraght twee duysent vijff hondertnegen en vijftigh gulden 13 stuivers gereed gelt f 2559-13-00 
Het 1/8 part hier neven gemelt met de quotele goederen daarbij gemelt heeft suiver opgebraght twaalff hondert en twintigh gulden 12 stuivers f 1220-12-00 
Actum den 12 december 1709] 
 
Drifgoederen 
Een wijdschip cum annexis 
Een agtepart aan 't galjoot de Jonge Cornelis Middagten, tegenwoordig op de reise na de Straat Davids 
Een 64e part aan 't schip de Backer gevoert bij Jan Cornelis Backer van Vlielandt, verkogt aan de burgemeester Rein Sickes met de buidel te samen voor 196 Caroliguldens 16 stuivers 
Een 41e part aan 't wijdschip van Pieter Hendrix alhier ter stede, vercogt aen de coopman Jacob Romkes Braam met de buidel te samen voor 106 Caroliguldens 18 stuivers gereed gelt de suivere gelden daer onder beclemt 
 
Granen 
Een lotje van 123 lopen rogge door Jan Pieters Scheltema overgebragt waarvan de vragt en ongelden noch onbetaelt zijn verkogt zijnse heeft opgebraght f 711-17-14 
gaat voor vragt ende ongelden f 83-13-04 
blijft suiver ses hondert agt en twintigh Caroliguldens 4 stuivers 10 penningen 
---------- 
f 628-04-10 
 
[0223r] Actum den 12 december 1709 
Profijtelijke inschulden 
wegens vragt van de smak te goede met avarie volgens rekeninge van Dirk Evenblij f 1266-14-00 
de houtwaren bij boelgoed verkogt hebben vrigelt opgebraght, volgens notulen uit het boelgoed f 3133-12-00 
Bij Jan Romckes aan hout genoten voor f 61-10-00 
Bij Jacob Romkes Braam aan hout genoten voor f 45-00-00 
---------- 
Boekschulden f 3240-02-00 
 
Bocke Feddes wagenmaker tot Franeker rest van gekoght hout van 't jaar 1695 ses gulden f 6-00-00 
[marge: hier op bij de heer Middagten ontvangen en verantwoord f 9-00-00] 
Hendrik Botterman tot Harlingen debet als reste van meerder wegens gelevert hout in den jare 1705 f 18-10-00 
[marge: als voren f 25-00-00 
summa f 34-00-00] 
Johannes Hendrix wagenmaker debet voor gelevert hout als rest van meerder f 25-00-00 
[0223v][marge: bij Hornstra f 9-16-00] 
Wytse Wassenaar debet wegens 7 eken 1 1/4 duims 18 voets planken den 6 juli 1708 f 9-16-00 
[bij de schoutbenagt ontvangen f 3-16-00] 
Inne Gerrits debet wegens gelevert hout 1709 f 3-16-00 
[marge: ontvangen f 105-00-00] 
Hoite Reins tot Bolswart debet wegens gelevert hout op folio 9 f 272-12-09 
Albert Jansen rest voor gelevert hout 1690 folio 10 f 15-00-00 
Ocke Martens rest uit gelevert oorsake folio 12 f 187-10-00 
[marge: ontvangen f 1-06-08] 
Jan Ekes rest folio ... 1708 f 1-06-08 
[marge: ontvangen f 80-00-00] 
Lieuwe Bouwes tot Oosterlittens debet wegens een eeken balk 1708 gelevert f 80-00-00 
[marge: ontvangen f 31-18-00] 
Jacob Sipkes wagenmaker wegens gelevert hout 1709 f 31-18-00 
 
f 9-16-00 
f 3-16-00 
f 105-00-00 
f 1-06-08 
f 80-00-00 
f 31-18-00 
---------- 
f 231-16-08 
 
Haring Sierx en Take Botes debet als reste op folio 14 wegens geleverde balken f 379-19-12 
[0224r] Monse Piebes rest folio 15 seven en veertigh gulden 18 stuivers 8 penningen doch niets van te hopen 
[marge: ontvangen bij de heer Middagten f 200-00-00] 
Pieter Hiddes tot Drylst wegens geleverde balcken 1708 gelevert f 225-12-00 
[marge: ontvangen f 12-00-00] 
Haje Sierx wegens 8 eken gordingen folio 17 f 14-08-00 
[marge: ontfangen f 19-02-00] 
Hendrik Sopingius debet wegens eenig hout f 19-02-00 
Syds Wopkes debet wegens hout als reste van meer folio 22 f 718-14-06 
[marge: ontvangen f 8-13-14] 
de heer schoutbenagt Middagten wegens gelevert hout f 8-13-14 
Syds stoeldraejer debet wegens 42 espen boekenhouten folio 30 f 10-00-00 
[marge: ontvangen f 3-14-06] 
Sicke Salomons wegens gelevert hout f 3-14-00 
[marge: op rekening 49-15-08, op rekening f 20-00-00] 
Pieter Scheltes meester schuitmaker tot Franeker te rest wegens gelevert houten folio 32 f 162-10-08 
(summa) f 313-05-11 
 
Willem Caspers Coen tot Ollerens debet als rest meerder folio 39 f 399-16-12 
[0224v][marge: ontvangen f 36-09-00] 
Eileff Johannes tot Wyns debet wegens gelevert hout 1708 f 36-09-00 
[marge: ontvangen f 19-08-00] 
Ype Hessels wagenmaker tot Wyns ut supra 1707 ende 1708 f 19-08-00 
Roeloff Brinkhuis ut supra van 1699 tot 1702 rest van meer f 223-00-09 
Hendrik Hartogh rest folio 59 f 19-15-08 
[marge: ontvangen f 636-05-00] 
Gillis Vermeersch rest wegens ut supra volgens rekening f 636-05-15 
[marge: ontvangen f 589-13-00] 
Jan Piebes rest ut supra folio 63 f 589-13-00 
[marge: ontvangen op rekening f 40-00-00] 
Jan Harmens schuitmaker tot Grouw ut supra folio 71 f 185-00-00 
[marge: ontvangen f 390-00-00] 
Pieter Dirx Graaff ut supra folio 76 f 390-08-00 
[marge: ontvangen f 31-10-00] 
de burgemeester Riedsma debet ut supra een en dartigh Caroli guldens 10 stuivers 8 penningen f 31-10-08 
Summa ontvangen: f 1743-05-00 
 
de Straadt Davids vaarder debet 
[0225r][marge: ontvangen f 45-19-12] 
debet wegens houtwaren vijff en veertigh gulden 9 stuivers 12 penningen f 45-09-12 
[marge: ontvangen f 619-18-00] 
Claes Gerloffs debet ut supra f 619-18-00 
[marge: ontvangen f 79-14-00] 
Hendrik Hendriks debet ut supra f 79-14-00 
[marge: ontvangen f 3-00-00] 
Gerben Tiepkes ut supra f 3-00-00 
[marge: ontvangen f 183-19-08] 
Dedtie Dirks huisvrouwe van de heer schoutbenaght Middaghten debet ut supra f 183-19-08 
[marge: ontvangen: 57-04-00] 
Aise Arjens weduwe en erven debent ut supra f 57-04-00 
[marge: ontvangen f 97-12-09] 
Douwe Dirx holtmolenaar debet ut supra f 97-12-09 
[marge: f 31-05-00] 
van uitdeling van 't schip de Backer ontvangen f 31-05-00 
[marge: f 20-15-00] 
item van overschietende stuivergelden van 't Hoff en 't schip de Backer na deductie van de actuarius salarien f 20-15-00 
[Summa bedragen in de marge: f 1139-09-00] 
 
[0225v] noch ontvangen van de cooper van de smak voor de oncosten van biljetten etc. f 10-00-00 
 
Schadelijke staat 
Geeske Willems de mede erffgenaam compt per obligatie vier en twintigh hondert vijftigh caroliguldens capitael, sijnde de obligatie gedateert den 23 februari 1701 en nader acte van den 6 maart 1704 f 2450-00-00 
met de intressen van dien zedert den 23 februari 1708 wegens vier ten hondert, gerekent tot den 29 december 1709 toe belopende f 179-16-00 
[marge: in de scheidinge gevalideert] 
---------- 
f 2629-16-00 
 
[0226r] [marge: alles betaalt door de erffgenamen] 
De hopman Sloterdijk off desselfs successeur als penningmeester van de bootsgesels penningen competeert wegens obligatie van den 25 october 1707 drie hondert guldens capitael f 300-00-00 
wegens intressen f 7-04-00 
de olde burgemeester Tomas Huiberts Wijngaarden comt per obligatie de dato 24 juli 1708 agtien hondert gulden capitael f 1800-00-00 
en wegens intressen f 69-04-06 
Rixtie Tiepkes nagelaten weduwe van de overledene comt boven verscheidene specificeerde huisgeraden aan oud gelt en gout, twee hondert ses en twintigh gulden 7 stuivers f 226-07-00 
item wegens ordinaris gelt negen hondert twee gulden 12 stuivers f 902-12-00 
wegens haar ingebragte wegens de eigen handt van de overledene soo de erffgenamen seiden 
---------- 
f 3305-07-06 
 
[0226v] [marge: betaelt ut ante] 
Hendrich Gortes comt als reste van geleverdt hout hondert negen en veertigh gulden 10 stuivers f 149-10-00 
aan halve huiren van 't volk van de smak betaelt f 121-08-00 
aan de dienstmaeght een halff jaar bodeloon f 15-00-00 
aan mr Baltus wegens diensten f 46-07-00 
aan Huibert Reiners makelaar wegens makelaardie f 19-00-00 
aan Jacob Meilis wegens pramie van assurantie f 25-00-00 
aan Douwe Dirx voor saagloon f 122-01-09 
aan Dedtie Dirx huisvrouwe van de heer Middagten van saagloon f 141-00-00 
aan Rintie Claessen blokmaker voor walhuiren f 16-00-00 
---------- 
f 655-06-09 
 
[0227r] marge: betaelt ut ante] 
aan Jurrien Claessen Fontein wegens stekhuire f 22-00-00 
aan Pieter Tiepkes wegens een jaar schippershuire ende voorschot door hem gedaan van Duinkerken f 348-00-00 
voor 1/8 opschot aan de Straat Davids vaarder tweehondert vijff en twintigh Caroliguldens f 225-00-00 
 
Navolgende schadelijke posten door Jacob Romkes Braam aangegeven 
de schoutbenagt Middagten voor costen na Amsterdam tot vrimakinge van het schip f 20-00-00 
voor een jaar goedschattinge f 77-00-00 
aan de gardenier voor een jaar f 14-00-00 
aan Voorda voor diensten bij 't leven van Rienk Willems verdient f 6-01-00 
aan schoorsteen- en gootgelt f 21-00-00 
aan Jacob Douwes voor een paar muilen f 2-07-00 
---------- 
f 735-08-00 
 
[0227v] marge: betaelt als voren] 
aan Pieter Hessels voor gildegelt en andere saken f 7-19-00 
de heer Andries meester metselaar f 9-13-08 
Sicke Salomons van brandewijn f 9-05-00 
Een legaat aan 't Weeshuis en kerk f 200-00-00 
de makelaar Swerms f 1-10-00 
Een jaar scheergelt aan mr. Melle f 2-10-00 
aan sluisgelt schuldig f 1-01-00 
de vroedsman Schelte Pieter f 0-14-00 
aan Cornelis Ottes van saagloon f 2-10-00 
voor 1/3 bossu castanien ten agteren f 3-07-00 
 
Actum den 31 juli 1710 
 
Na de dood van wijlen Rienk Willems door de schoutbenagt betaelt volgende posten soo doodschulden als anders 
voor eenige oncosten over de smak tot Amsterdam en hier gedaen f 9-10-00 
aan Meinert Clant voor het invorderen der boelschulden f 10-00-00 
---------- 
f 258-02-08 
 
[0228r] aan Seerp Herkes tot Amsterdam voor diensten bij hem gedaen f 6-00-00 
aan Freerk Schossman voor drucken van biljetten van de smak betaelt f 7-09-12 
voor verteringh tot Hessel Hingst over 't vercopen van de smak f 8-00-00 
aan Jancke Pieters voor geleverde waren in 't sterfhuis f 17-07-02 
aan deselve noch wegens geleend gelt f 23-04-00 
voor een praem vol saagmeel in de tuin te brengen f 4-00-00 
aan de uitdraagsters voor eenig goed te taxeren f 1-08-00 
tot Hessel Hingstes verteert bij 't ontvangen van 't geld en perfectie der brieven betaelt f 6-00-00 
aan port van 't gelt van Evenblij f 1-03-00 
voor brieff port betaelt f 0-06-00 
aan H Gonggrijp voor gelewerde wijn op de begravenis f 12-05-00 
in 't Hoff van Frieslant voor verteringh f 1-08-00 
aan de huisbewaarders betaelt f 5-00-00 
voor verteringh f 3-00-00 
op een reis na Drijlst aan wagenvraght ende verteringh f 8-15-00 
---------- 
f 135-05-14 
 
[0228v] aan Samuel Sipkes f 3-14-08 
aan Meinert Clant f 1-00-00 
voor eenig bier bij 't boelgoed f 2-10-00 
aan Willen Jansen voor gaarsetten en off leveren van 't hout betaelt f 38-10-00 
aen Foek Jans voor 't mede schoonmaken der goederen ende diensten in 't houden des boelgoedt f 5-12-00 
aan Dirk Metselaer voor 't maken van de vloer in de kamers ende 't gemak f 2-01-00 
aan de timmerman van 't selve f 2-12-00 
aan Simen Stinstra voor 't hout f 5-10-00 
aan port van Pyter Hiddes gelt f 0-10-00 
aan Samuel Sipkes f 17-07-02 
aan Dirk Andries f 1-15-00 
aan Jacob Alberts voor 1/2 jaar goedschattingen den 1 november 1709 verschenen f 38-10-00 
aan doctor Swalue voor salarien f 9-00-00 
aan Jelte Inses voor geleverde kalk ende sement f 1-11-00 
Stelt hier als uitgaaff 't geene aan de twee koeien van de vroedsman Hoite Reins tot Bolswart gecogt is verloren de somma f 20-11-09 
---------- 
f 150-14-02 
[marge: siet het vervolg hier na pag. 246] 
 
[0246r] vervolg van wijlen Rienk Willems inventaris hier voren pag. 228 te sien 
aan de burgemeester Gonggrijp betaelt voor gelevert goedt etc f 6-10-08 
aan Sipke Auckes voor gelevert rouwgoed voor de meid f 38-14-00 
aan Schelte Pieters vroedsman voor 't bekleden der doodkiste f 9-19-00 
aan Harmen Jansen Blok voor een ham f 1-15-10 
aan Inne Gerrits voor een paar muilen f 1-10-00 
Jan Wybrens voor de doodkist f 21-00-00 
aan de graffmaker voor 't begraven ende overstaen f 12-00-00 
Pietie Harmens voor 't naeien van 't rouwgoed f 2-10-00 
Symen Joris Hiddema voor Spaense wijn betaelt f 8-00-00 
aan de nagt aen de kerkdeur betaelt f 1-08-00 
van houwen der letters op 't graf f 3-00-00 
---------- 
f 106-15-00 
 
[0246v] aan de doodbidder betaelt f 6-06-00 
voor huir van 't laken over het lijk f 5-00-00 
aan Meinert Clant voor diensten f 1-06-00 
aan de boden voor tabak ende piepen f 2-04-00 
noch 1/2 huir na belooft betaelt f 15-00-00 
tromslaen betalt f 2-16-00 
aan de gardenier voor nawerk f 4-18-00 
voor 't schrijven van de cessie op 't scheepsbrieff aan Voorda f 1-00-00 
aan Trijntie Goitiens voor een zak van haver in 't boelgoed mede vercogt f 2-10-00 
in Romen over 't ontvangen van 't gelt van 't hoff betaelt voor vertering f 3-00-00 
aan Madalena Tempelaer voor vertering in 't verlopen van 't goed en anders f 22-12-00 
aan Stinstra voor gelevert holt tot de loeyff f 5-10-00 
aan Gonggrijp voor 1/4 anker wijn f 6-00-00 
aan Meinert Clant voor diensten f 0-15-00 
---------- 
f 78-17-00 
 
[0247r] Bij Jan Romkes Hornstra aan verscheidene kleine posten voor 't sterffhuis betaelt f 27-04-00 
 
Na voltreckinge van vorenstaende inventaris sijn gecompareert voor de burgemeesteren Tiaard Bouwens en J Gonggrijp als commissarien mitsgaders dr. Arnold van Idsinga secretaris de erffgenamen in proemio inventarii gemelt, omme te procederen tot het maken van staat en ontscheidinge na behoren, in welx doende, bevonden is de profijtelyke staat bestaande in volgende posten als de gereede penningen ten inventaris aangetekent soo goudene als silvere bedragende agt hondert ende seventig Caroliguldens 15 stuivers f 870-15-00 
het boelgoed en tauxatie van de inboelen ende huisgeraden ten somma van dartien hondert ses en twintigh Caroliguldens 4 stuivers 4 penningen f 1326-04-04 
het vercogte hoff cum annexis ter somma van ses hondert negen en dartig Caroliguldens 10 stuivers f 639-10-00 
de vercogte smak cum annexis ter somma van twee duysent vijff hondert negen en vijftigh Caroliguldens 13 stuivers f 2559-13-00 
[0247v] 1/8 part van 't galjoot de jonge Cornelis Middaghten met de daar bij sijnde goederen vercogt voor twaalff hondert twintigh Caroliguldens 12 stuivers f 1220-12-00 
1/64 part van 't schip de Backer met de quotele bundel vercogt voor 196 Caroliguldens 16 stuivers f 196-16-00 
1/41 part van Pieter Hendrix schip met de quotele bundel vercogt voor f 106-18-00 
de granen ten inventaris gemelt hebben bij vercopinge opgebragt ses hondert agt ende twintigh Caroli guldens 4 stuivers 10 penningen f 628-04-10 
de vragt van de smak aldaar mede in drie posten gespecificeert ter somma van f 3240-02-00 
de opgekomene boekschulden ende andere profijtelyke opgekomene of ontvangen posten ten inventaris de samen drie duysent vier hondert een en feertigh Caroliguldens 15 stuivers 4 penningen f 3471-15-04 
[0248r] aan Hotze Swerms meester silversmidt vercogt twee silvere kroesen ter somma van f 55-13-00 
bij de coopman Hornstra genoten een silvere kantie voor f 26-06-00 
eindelijk 't geene op een croes aan Neel Ymes verschoten was tot twaalff Caroliguldens f 12-00-00 
---------- 
in eener summa te bedragen vijftien duysent ses hondert een en twintigh Caroliguldens 3 stuivers f 15621-03-00 
daar tegens bevonden is de schadelijke staat volgens 't inventaris te steigen ter somma van agt duysent twee en taghtigh Caroliguldens 16 stuivers 8 penningen f 8082-16-08 
---------- 
affgetrocken van de profijtelyke staat wordt bevonden suiver voor de erffgenamen over te schieten een summa van seven duysent vijff hondert agt en dartigh Caroli guldens 6 stuivers 8 penningen f 7538-06-08 
welcke in drie aegale portien [02248v] verdeelt zijnde komt voor ieder erffgenaams darde gedeelte f 2512-15-09 
daar bij geaddeert 't geene Geeske Willems volgens obligatie uit der sterffhuise competeert wegens aantekeninge onder de lasten van 't sterffhuis ter inventaris gedaen ter somma van f 2450-00-00 
met de intressen van dien van den 23 februari 1708 tot den 29 december 1709 gerekent bedragende f 179-16-00 
---------- 
Soo wordt bevonden deselve Geeske Willems uit desen sterffhuise in alles te moeten hebben een somma van vijff duysent een hondert twee en veertigh Caroliguldens 11 stuivers 8 penningen f 5142-11-09 
moet noch worden vergroot met 1/3 van Yme Gerrits handschrift in 't inventaris vergeten tot f 25-00-00 
---------- 
Ergo bedraagt Geeske competentie f 5167-11-09 
 
waar inne desselfs curator ad hunc actum de coopman Braam heeft ontvangen op den 29 december 1709 
 
[0248v en 0249r marge: Geeske Willems heeft van Pieter Eelkes in deesen met deselwe haer man en meerderjarigh zijnde geadsisteert gecompareert zijnde van de heer praesiderende borgemeester Rein Sickes Menalda aen secretaris Idsinga geadjungeert betuighde en verclaerde dat de heer schoutbijnagt Middaghten aen haer met alleen hadde gedaan rekeninge, bewijs en reliqua van desselfs administratie maer dat hij ook tegelijk aen haer hadde owerhandight de obligatien hier newens gedaght beneffens het silverwerk aen de omkant deeses specifice van post tot post staende waer van sij aen den selwen quitantie in forma hadde verleent invoegen deesen van alhier soo verre wordt genieert als off op gedaen sijnde en heeft de heer praesident en secretaris op voor haer verclaring deesen verteekent. Actum den 4e junii 1720 
 
(get.) Reyn Sickes 
 
abs. secret. 
(get.) bij mij A. van Idsinga] 
 
[0249r] Eerstelijk een cessie op 't schipsbrieff van de vercogte smak tot f 1200-00-00 
met 6 maanden intres f 30-00-00 
een lands obligatie de dato den 1 maart 1705 op toner deses f 1000-00-00 
staande tegens vijff pro cento aan intres daer op gerekent f 37-10-00 
een handschrift tot last van Samuel Sipkes des kindts styffvader de dato den 30 may 1709 door de heer Middaghten aan haar uitgestelt ter somma van f 250-00-00 
1/3 in een obligatie tot laste van 't Land door de heer Middaghten uitgestelt tot vijff hondert aroliguldens in 't geheel doende 5 pro cento f 166-13-06 
't genen des kindts moeder op taxatie heeft genoten dat van de kostpenningen werden kan worden ingeholden tot f 28-18-00 
Eindelijk aen gelt met 't geene de coopmans Braam aan hout in boelgoed en anders etc gecogt heeft, bedragende te samen f 2089-13-00 
---------- 
Uitmakende te samen vier duysent agt hondert en twee Caroliguldens 4 stuivers 12 penningen f 4802-04-06 
[0249v] Na deductie van welx gedachte Geeske Willems noch competeert drie hondert vijff en sestigh Caroli guldens seven stuivers 2 penningen f 365-07-02 
 
waar te boven aan haar Geeske bij delinge is is eigen geworden het volgende 
Een testament en spalmboek met silver haecken gemerkt R.W.A 
Een silver beker grote keur gemerkt R.W.G.I. 1676 
Een dito grote keur sonder letters 
ses silveren lepels gelijk gemerkt R.W.G.I. 
noch een soo gemerkt doch anders van fatzoen ende alle gemeen silver 
seventigh silvere knopen 
een theelepeltie ende vijff eyerlepelties alle van silver 
een dito paplepeltie 
twee silvere soutvaten grote keur gemerkt R.W.A. 
als mede hoort aan deselve toe de twee besondere affgehaelde [0250r] posten, van geldt en silver, in het inventaris op haar naem aangetekent, op 't sevende blad van vooren 
 
Waar te boven aan deselve noch behoort 
Een dardepart van de huisinge In de Hoogstraat ten inventaris gemelt 
Als mede een dardepart van de noch onbetaelde (of niet ontvangen) boekschulden ten inventaris gespecificieert 
Ende heeft de coopman Jacob Romckes Braam als curator ad hunc actum over Geeske Willems gemelt, alle de hier voren gemelde bij hem ontvangene brieven, gelden ende kleinoden, aan de heer Middagten als curator bonorum over voornoemde Geeske overgelevert soo dat hem Braam desen dient voor quoteringe ende ontslagen van sijn voorsschreven curatele hebbende de heer Middagten nomine filii en de coopman Jan Hornstra nomine uxoris [0250v] elk hun aanpart van deze boedel ook volcomentlijk genoten, en alles desen aangaanden met des anderen vereffent, soo dat liquide zijn. 
 
Staande eindelijk te noteren dat ten profijte van Geeske Willems boven de intressen hier voren bij de brieven gerekent, op dato den 4 juli 1710 te goede zijn volgende intressen op een recipis tot laste van 't Landt ter somma van 2000 gulden capitael de