Harlingen, inventarisatieboeken

Sinds september 2016 zijn leden van de Werkgroep Archiefonderzoek, een werkgroep van de Vereniging Oud Harlingen, bezig met het overnemen van de belangrijkste gegevens uit de 33 Inventarisatieboeken van Harlingen. In deze boeken staan verslagen van inventarisaties van sterfhuizen, zoals die plaatsvonden van 1589 tot 1727. Het project RedBot stelde hiervoor welwillend de foto's van deze inventarisatieboeken beschikbaar, het Hannemahuis een werkruimte en het Stadsarchief inhoudelijke ondersteuning. We zijn ze dankbaar.

De inventarissen die aan een bepaald adres zijn toegeschreven zijn ook zichtbaar via 'Huizen -> Zoek je huis'. In onderstaande lijsten is dat adres ook zichtbaar. Een groen adres geeft aan dat het adres vrij zeker juist is. Bij niet groene adressen is dat minder zeker, maar het is hopelijk toch minstens in de buurt. Zoals altijd zijn de kolommen te sorteren door op de kolomkop te klikken, boven de tabel kan snel naar de juiste letters of de juiste pagina worden gesprongen, en door op een adres te klikken verschijnt de pagina met alle bekende gegevens van dat adres.

N.B. Alleen als de lijst is gesorteerd op datum, is de extra kolom 'relatie' te zien, omdat die alleen dan de relatie met de volgende persoon in de lijst kan weergeven.

Gegevens uit bronnen worden zorgvuldig overgenomen, maar lees- en typfouten zijn onvermijdelijk. Gegevens die niet in de bron staan maar door mij zijn aangevuld op basis van andere bronnen of andere gegevens uit dezelfde bron, zijn voorzien van een *. Gegevens die door mij aangepast of geïnterpreteerd zijn, zijn zoveel mogelijk voorzien van een verduidelijkende toelichting tussen [ ]. Bij het overnemen van eigennamen is de originele spelling gehandhaafd. Soms is echter te voorzien dat een kennelijke schrijf- of spelfout in de bron een probleem zal geven bij het zoeken naar een eigennaam of bij het maken van een alfabetische index. In zo'n geval is de juiste of meest voorkomende spelling van een eigennaam aangehouden, met toevoeging van een toelichting tussen [ ]. Bij het overnemen van plaatsnamen, straatnamen en beroepen die in alfabetische indexen terecht komen is voor zover mogelijk de moderne spelling aangehouden, om het zoeken te vereenvoudigen. Mogelijk staat in een bron bijvoorbeeld Doccum, terwijl op deze website Dokkum staat. Zo wordt een glaesemaecker een glasmaker. Die spelling is voor het doel van deze website (het ontsluiten van bronnen, niet het transcriberen van bronnen) niet belangrijk.



Deze gegevens zijn voor het laatst bijgewerkt op 2025-04-11 22:01:08



Vindplaats: Tresoar, Nedergerecht Harlingen (13-16) inventarisnummer 213 folio 182r

Pand: 

Inleiding: [0182r] Ontzegelinge van slotten sampt inventarisatie ende beschrievinge gedaen ten overstaen van de burgemeester Folkert Lammerts Nijkerk ende Pytter Pytters Oldaens als commissaris, geadsocieert met dr. Dominico Wringer secretaris, ten sterfhuise van wijlen Jan Foppes in leven burger ende coopman alhier, van alle de goederen uit- ende inschulden actien ende credytten aldaer ten sterfhuise bevonden ende bij hem ende sijne nagelaeten weduwe Maertien Gerrits nagelaten, ten versoecke van Cornelis Arjens Dockinga als vader ende wettige voorstander over sijn soon Foppe Cornelis Dockinga, bij de selve en sijn huisvrouwe Grietie Foppes in echte verweckt, sampt Fedde Fedde Tjeerdts oom van de overledene ende in dezen comparerende voor Jaentie Gerrits als moeder ende wettige voorstaenderse over haer vijff kinderen bij haer overledene man Theunis Foppes in echte verwerckt, mitsgaders Goytien Clases Braem als vader ende wettige voorstander over sijn twee kinderen [0182v] bij hem ende sijn overledene huisvrouwe Attie Foppes in echte verweckt ende Huibert Claessen Braem als man ende vooghd over Antje Foppes, in dier qualiteit alle erfgenamen ab intestato, van de overledene Jan Foppes, ende Maertie Gerrits des overledene nagelatene weduwe in desen gesterkt met haer neef Symen Fransen requireerde, alles op 't aengeven van den requireerde voornoemt, nae voorgaende belofte in handen van welgedachte commissarien om alles getrouwelyck ende naer haer beste kennisse te sullen aengeven, waerop dan alsoo tot de beschrievinge is geprocedeert in manieren als volght. Actum den 3e octobris 1678.

Inventaris: 
[0182v] In 't voorkamerke 
een schilderij 
twee schilderde borden 
vijf Oost Indische cisierkes 
een scheer en een ley 
een bond bedspreedt 
[0183r] een rabatte 
twee stoelen 
een stoelcussen 
een korf met rommelrij 
twee wafelijsers 
 
In 't voorhuis 
vier groote schilderijen 
twee kleyne dito 
een albasten bortie 
 
Oost Indisch 
twee klapmutsen 
drie cisierties 
twee kleyne klapmutsen ende een butterschuttel 
 
seven stoelen 
ses stoelkussens 
een spiegel 
een ledder 
[0183v] twaelef kleerstocken 
eenigh rommelerij onder de trappen 
 
In de binnen kamer 
twee bedden ende twee peulen sonder veeren 
vijf oorcussens 
ses deekens 
drie lakens 
twee halve dito 
twee bedtskleden of weytlingen 
vier slopen 
twee paer groene gordijnen met rabatten 
een dito schoorsteenkleedt 
een wit dito 
twee doeken aen de schoorsteen 
ses schilderijen 
[0184r] een eeken setbank 
een oudemans eecken stoel 
tien stoelen 
acht stoelcussens 
 
Oost Indisch goedt 
drie drielingen 
twee klapmutsen 
drie groote dito 
twee vruchtschaelties 
ses coppen soo groot als kleyn 
een fles 
twee spiegels 
een mantelstock 
 
In de spijscamer 
tien tinnen schuttelties 
[0184v] drie tinnen kanties soo goed als quaedt 
vier steenen kannen met tinnen lidden 
een tinnen pijpkan ende mosterdpot 
twee tinnen coppen ende een soutvat 
een blicken blacker 
drie coperen potten 
een coperen water aecker 
een koperen boffertspanne 
twee mesken kandelaers 
twee mesken piepen 
een ijseren tange 
een ijseren rooster 
een dito vork 
een dito snuyter 
een hangijser 
een ijser om de heerdt met twee mesken piepen 
[0185r] twee eecken bedtschabelties 
 
In 't portael 
een rack met ellef tafelborden 
een keerslaedt 
een lepel rackje 
twee schalen 
twee stoffers 
een mangelbordt 
acht keesen soo groot als kleyn 
een turf vat 
een swarte bedstock 
 
In de gangh 
slecht steenwerk 
acht schalen 
twintich pannen soo groot als kleyn 
drie looden wichten 
[0185v] drie coppen 
twee commen 
Op de kelders camer 
twee bedden twee peulen 
negen oorkussens 
vier sloopen 
een laecken 
twee groene deeckens 
twee kleyne kinderdekenties 
noch een groene en een tafelspreedt 
wiegen ende wieghbanck 
goedt tot een schort 
vier schilderijen 
twee albasterde borties 
een mesken becken 
vier stoelen 
[0186r] vier stoelcussens 
negen tinnen schuttels soo kleyn als groot 
 
Oost Indisch goedt 
drie dubbelde butterschuttels 
negen enkelde dito 
een fruchtschael 
vier coppen een dito 
een fles 
een kleljen noch een dito 
ses kleyne kopkes 
vier klapmutsen 
 
een groote tafel 
twee korven de eene een pack, de andere een kleerkorf 
een lanteern 
een sandtloper 
een kleerbesem 
een boekkas met boeken 
[0186v] een groen en een wit schoorsteenkleedt 
een keesbordt 
twee pistoolen 
 
Achter in de kueken 
een tafel 
vier stoelen 
vier stoelcussens 
drie treeften 
een asschop 
een tange 
een kandelaer 
twee ketels 
een ijseren pottie 
een koekpanne 
twee water emmers 
[0187r] een schuimspaen 
eenigh schuttelgoedt 
een schabeltie 
drie waschtobben 
 
Op de solder 
een parthij turf en hout 
een kiste 
 
Een eecken kas staende op de kelders camer, daerin nae ontzegelinge bevonden als volght: 
 
Linnen 
vijftien tafellakens noch een dito 
53 servetten 
50 laekens 
25 manshembden 
drie wijtlingen 
noch twee dito 
[0187v] ses peuldoecken 
30 slopen 
17 mans buis neusdoeken 
vijf dassies en een mans muts 
34 mans beffen 
 
Wollen manskleeren 
een swart lackens mantel 
een pack swart greynen kleeren 
een pack roode onderkleeren 
een paer swarte hoosen 
een pack oude swartlakens kleren 
een oudt lakens rock 
een nieuwe lakens blauwe onderbroek 
een pack daeghs onderkleren 
twee paer oude hoosen 
 
[0188r] Silver 
drie silveren beeckers 
twee silveren soutvaten 
een silveren kelkje 
drie stuckjes geldt met rinhjes 
een silveren rinckelbel 
27 silveren lepels 
een silver paplepeltie 
twee silveren eyerlepelties 
 
Een eecken kiste met een schabbeltie, daerin nae ontzegelinge bevonden als volght: 
 
Linnen kindergoedt 
sestien groote doeken 
tweendartich kleyne dito 
seventhien schorteldoekjes 
negen hembties 
29 doeckjes 
[0188v] negen partier hooftgoedt 
tien mutskes 
tien slipkes 
drie borstrockjes 
negen borsthembties 
een ruftdoek 
een eerstmutsche 
elleff slapkes 
ses santeenen 
wollen kindergoedt 
vier borstrockjes 
vier paer breyden hooskes 
een roodt ruft 
een wit ruft 
 
[0189r] Een eecken cas, staende in de binnenkamer, daerin nae ontzegelinge bevonden, als volgt: 
 
Linnen 
seventien manshembden 
acht pueldoeken 
seven half lakens 
twee tafellakens 
twee handtdoeken 
thien mans buysdoeken 
sestien slopen 
vier beffen 
drie dassies 
vier tafellakens 
drie servetten 
een oudt hembrock 
voer uyt een deeken 
[0189v] een stuck doek groot 28 ellen 
een lapke doek groot 18 ellen 
een lapke doek groot 14 ellen 
eenstuckjes dopjes groot vijf verndel ellen 
 
Wollen 
twee swart lakens mantels 
een pack swart lakens kleren 
een grof greynen rock 
een pack greynen kleeren 
een roode hemdrock 
vier paer swarte manshoosen 
een lapke carsay 
een lapke groen ras 
een paer greynen mans half mouwen 
een breyden borstrockje 
[0190r] een pack bratten kleeren 
een reysrock 
een oude hembrock 
een reysrock 
 
Een eecken kistie met een schabbeltie, behorende Jan Wybes Kalf toe, daerinne nae ontzegelinge bevonden en is beraden ende bij de vrunden goedt gevonden enige linnen en wollen kleeren van wijlen Jan Foppes niet te verkopen maer aen de behoeftige uyt te keeren 
 
een sack met eenige procuratien en andere brieven, erlangende de crediteuren van de stadt Dockum 
 
Een eecken cantoor staende in de binnen camer daerin nae ontzegelinge bevonden: 
 
Gerede gelden 
31 a 3-03-00 f 97-13-00 
6 3/4 rijxdaelders a 2-10-00 f 16-17-08 
465 werp a 0-10-00 facit f 232-10-00 
7 ducatons a 3-03-00 f 22-01-00 
11 goltguldens a 28 stuivers f 15-08-00 
----------- 
noch de gerechte dardepart van 40 gulden wegens een koe door Goytien ende Huybert Braem betaelt f 13-06-12 
---------- 
397-16-04 
 
[0190v] 13 werp a 1-10-00 f 19-10-00 
3/4 a 50 stuivers f 1-17-08 
pajement f 1-01-08 
noch 5 a 2-10-00 yder facit f 12-10-00 
17 1/5 werp a 0-10-00 facit f 8-12-00 
----------- 
f 43-11-00 
 
Brieven en instrumenten 
[in de marge: dit voor onwis gereeckent] Een obligatie de dato den 15e may 1676 tot laste van Claes Minnes tot twee hondert gulden capitael f 200-00-00 
intressen zedert den 15e may 1677, gequoteert met no 1 
 
Een obligatie tot laste van Oene Gosses de dato den 26e january 1675, waerop noch te goede is f 2-05-00 
quoteert met no 2 
 
Een handtschrift tot laste van Sjoerdt Arjens op der Bildt de dato den 7e marty tot f 448-03-08 
geen intressen daerop betaelt, quoteert met no 3 
 
[0191r] Een verclaeringe van Theunis Foppes de dato den 11e januari 1672 bekennende vijff hondert Caroliguldens, op reeckeninge van de vijftepart huysinge waeruit wijlen Jan Foppes versturven is, ontvangen te hebben, quoteert met no 4 
 
Een contract tusschen Jan Foppes ten eenre en Theunis Jansen ten andere zijden, wegens eenigh mandeligh huisgeraden de dato den gequoteert met no 5 
 
Een obligatie de dato den 12e septembris 1661 tot laste van de stadt Doccum, ende Groeninger Treckwegh, van 1000 gulden capitael waer van wijlen Jan Foppes vijf hondert Caroliguldens competeert met een recipis daerbij leggende dus f 500-00-00 
den intressen zedert den 12e july 1671 daerop te goede, gequoteert met no 6 
 
[0191v] Een obligatie tot laste van de stadt Doccum, de dato den 13e augusti 1663 ter summa van een duysent Caroliguldens capitael f 1000-00-00 
de interessen zedert den 13e augusti 1672 daer op te goede, quoteert met no 7 
 
Een obligatie tot laste van de selve stadt Doccum de dato den 8 juny 1670 ter summa van vier duysent Caroliguldens capitael f 4000-00-00 
de interessen zedert den 6e juny 1671 daerop te goede, quoteert met no 8 
 
Een obligatie tot laste van de selve stadt Doccum de dato den 20e augusti 1663 ter somma van twee duysent Caroliguldens capitael f 2000-00-00 
de interessen sedert den 20e augusti 1672 daerop te goede, quoteert met no 9 
 
[0192r] Een obligatie tot laste als vooren van de selve stadt Doccum de dato den 3e decembris 1660 ter summa van twee duysent vijf hondert Caroliguldens capitael f 2500-00-00 
hier af competeert Theunis Foppes weduwe de helft f 125-00-00 
------------- 
f 125-00-00 
 
De intressen sedert den 9e july 1671 daerop te goede quoteert met no 10 
[in de marge : volgens recipis van dato den 10 juny 1670 bij wijlen Jan Foppes aen zijn wijlen broeder Theunis Foppes gepasseert ] 
 
Een obligatie tot laste van de selve stadt Doccum de dato den 8e novembris 1654 ter summa van tien duysent twee hondert Caroliguldens capitael waeraf Theunis Foppes de helfte competeert dus hier voor de helfte f 5100-00-00 
de intressen den 1e november 1671 daerop te goede, gequoteert met no 11 
 
Een obligatie tot laste van deselve stadt Doccum de dato den 6e december 1654 ter summa van twee duysent Caroliguldens capitael f 2000-00-00 
de intressen daerop te goede zedert den 1e novembris 1671, quoteert met no 12 
 
[0192v] Een obligatie op de stadt Doccum de dato den 8e october 1670 ter summa van een duysent Caroliguldens capitael waerop Trijntie Jillis competeert negen hondert Caroliguldens volgens aengehechte notule van wijlen Jan Foppes dus hier voor den sterfhuise een hondert Caroliguldens f 100-00-00 
de intressen zedert den 8e octobris 1671 daerop te goede, quoteert met no 13 
 
Een coop- ende ingelost reversaalbrief de dato den 16e december 1674 van seeckere gleybackerrije, van Jurjen Fonteyn gecocht, quoteert met no 14 en 15 
 
Een obligatie de dato den [niet ingevuld] marty 1672 tot laste van de provincie van Frieslandt van vijfhondert Caroliguldens capitael f 500-00-00 
de intressen zedert den 21e may 1677 daerop te goede, quoteert met no 16 
 
[0193r] Een obligatie de dato den 11e july 1676 tot laste van de selve provincie van Frieslandt, zijnde thoner deses no 88 tot een hondert vijf en twintigh Caroliguldens capitael f 125-00-00 
de intressen zedert den 11e july 1677 daerop te goede, quoteert met no 17 
 
[in de marge: Theuns Foppes competeert op dese obligatie 450 gulden wegens recipisse bij Jan Foppes gepaseert van de dato den 10e july 1666] 
 
Een obligatie op de selve provincie van Frieslandt de dato den 3e july 1666 ter summa van vier duysent Caroliguldens capitael f 4000-00-00 
450-00-00 
---------- 
f 3450-00-00 [sic!] 
de intressen zederrt den 5e july 1677 quoteert met no 18 
 
Een obligatie op de selve provintie van Frieslandt de dato den 30e mey 1668 ter summa van drie duysent Caroliguldens capitael f 3000-00-00 
de intressen zedert den 30e mey 1677 daerop te goede, quoteert met no met no 19 
 
[0193v] Een obligatie op de selve provintie van Frieslandt de dato den 4 may 1667 ter summa van drie duysent een hondert en vier Caroliguldens capitael, waer van rent op Flielandt toebehoorende, vier hondert Caroliguldens ende Naen Hendrix een duysent Caroliguldens ergo dan voor den sterfhuyse competeert f 170-00-00 
de intressen zedert den 4e may 1677 daerop te goede, quoteert met no 20 
 
[in de marge : volgens recipisse van Naen Hendrix, is aen Jan Hendrix betaelt, vijftien Caroliguldens, wegens een jaer intressen haer voor haer quota competerende, primo may 1677 verschenen, actum den 7e octobris 1678 vertekent Jan Hendrix] 
[de intressen tot negenthien guldens, veertien stuivers, volgens recipisse, de dato den 28e april 1672 is bij den 28e april 1672 is bij mij ondergeschrevene als gelastighde van rent, ontfangen voor een jaer intressen may 1677 verschenen, voor een quota competerende, actum den 15 april 1679 vertekent Trijn Clases] 
 
Een obligatie tot laste van de selve provintie van Frieslandt, de dato den 23e juny 1666 ende cessie van den 21e january 1669 ter summa van drie duysent vijfhondert Caroliguldens capitael, waer van de heere Douwma competerrt vijftien hondert Caroliguldens, dus hier voor den sterfhuise twee duysent Caroliguldens f 2000-00-00 
de intressen sedert den 23e juny 1677 daerop te goede, quoteert met no 21 
 
[0194r] Een obligatie de dato den 18e july 1666 tot laste van vaekgedachte provintie van Frieslandt, ter summa van ses hondert Caroliguldens capitael volgens cessie van den 5e januari 1669 van Theunis Foppes de helfte tot drie hondert Caroliguldens. cumpeteert dus voor den sterfhuise f 300-00-00 
de intressen zedert den 18e july 1677 daerop te goede, quoteert met no 22 
 
Een obligatie tot laste van de stadt Franequer de dato den 15e augusti 1655 ter summa van drie duysent Caroliguldens capitael f 3000-00-00 
de intressen zedert den 28e juny 1682 daerop te goede, quoteert met no 23 
 
Een obligatie van de selve stadt Franequer de dato den 23e februari 1656 ter summa van drie duysent Caroliguldens capitael f 3000-00-00 
de intressen zedert den 1e novembris 1672 daerop te goede, quoteert met no 24 
 
[0194v] Een obligatie op deselve stadt Franequer de dato den 2e february 1667 ter summa van vijftien hondert capitael f 1500-00-00 
de intressen daer op te goede zedert den [niet ingevuld], quoteert met no 25 
 
Reeckeninge ende aenteeckeninge van wijlen Jan Foppes wegens de ontfangen interesse van de stadt Franequer, quoteert met no 26 
 
Een assignatie van de ontfanger Jan Thijssen de dato den 3e july 1678 waerop als reste noch te goede is een hondert twintich Caroliguldens f 120-00-00 
quoteert met no 27 
 
Een obligatie tot laste van de provintie van Frieslandt de dato den 17e augusti 1672 ter summa van drie hondert Caroliguldens capitael f 300-00-00 
de intressen zedert den 17e augusti 1676 daerop te goede, gequoteert met no 28 
 
[0195r] Een obligatie de dato den 17e augusti 1672 tot laste van dese provintie van Frieslandt ter summa van drie hondert Caroliguldens capitael, leggende op de naem van Theunis Foppes, volgens cessie de dato den 25e novembris 1672 aen wijlen Jan Foppes getransporteert f 300-00-00 
de intressen zedert den 17e augusti 1676 daerop te goede, gequoteert met no 29 
 
Een obligatie op de selve provintie de dato den 18e augusti 1673 ter summa van de drie hondert Caroliguldens capitael f 300-00-00 
de intressen zedert den 18e augusti 1676 daerop te goede, gequoteert met no 30 
 
Een obligatie tot laste van de selve provintie van Frieslandt de dato den 17e augusti 1672 tot profijtte van Olphardus Hinnema in de bewaringe gelaten volgens acte obligatoir van den 29e january 1677 bij dr. Blijenstey gepasseert, waeraen Theunis Foppes de helft is toebehorende, volgens notule daeraen gehecht, dus hier voor den sterfhuise f 150-00-00 
de intressen zedert den 1e marty 1679 daerop te goede, gequoteert met no 31 en 32 
 
[0195v] Een obligatie de dato den 9e septembris 1676 tot laste van dese provintie van Frieslandt zijnde een thoonder deses no 166 ter summa van vijfent seventich Caroliguldens ad f 75-00-00 
waerop interessen betaelt zijn, gequoteert met no 33 
 
Een obligatie tot laste van de magistraten ende regenten van de staten van 't Noorder Quartier in Westvrieslandt, de dato den 9e augusti 1674 ter summa van vier hondert en twintigh Caroliguldens capitael edoch behoort Reyer Eelckes wonende op 't westeynde van Flielandt een hondert Caroliguldens. van deselve obligatie toe, dus hier voor den sterfhuise f 320-00-00 
de intressen zedert den 1e october 1675 daerop te goede, gequoteert met no 34 
 
[marge: Dese obligatie is bij mij onderschreven Pieter Reyers gelicht en ontfangen, ende omme de interessen daerop te goede inne te vorderen, met aenneminge, om de selve obligatie met de intressen ter eerster gelegentheyt weder over te senden, actum den 7e octobris 1679 vertekent bij mij (get.) Pytter Reyers naderhandts weder te rugge gesonden] 
 
[0196r] Een decreetbrieff in dato den 16e marty 1647 van en satelandts gelegen tot Olde Klooster groot 72 1/2 pondematie landt wijlen Jan Foppes een vijfdepart is toebehorende, gequoteert met no 35 
 
Een decreetbrieff in dato den 16e may 1648 van een satelandts gelegen tot Pietersbierum groot 80 pondematen, waervan wijlen Jan Foppes mede een vijfdepart toebehoort, gequoteert met no 36 
 
Acte van transpoort van Drietie Foppes de dato den 19e novembris 1669 aen Goytien Baem cum sociis gedaen, ende ratificatie in dato den 14 octobris 1674 bij de notaris Dockinga gepasseert, gequoteert met no 37 en 38 
[in de marge: bij Goytien Braem gelicht actum den 5e octobris 1678 ] 
 
[0196v] Een acte bij Grietie Foppes aen Jan Foppes ende Goytien Braem gepasseert, in dato den 22 augusti 1667, gequoteert met no 39 
 
Een ingelost coop- en reversaelbrief van de huysinge op de Noorderhaven bij coopman Goytien Braem bewoont, de datis de 23e april 1656, gequoteert met no 40 
 
Een decreet ende ingelost reversaelbrief in dato den 26e april 1659 van seeckere hovinge staende aen de suidtcant van de Suider Nieuwe Haven alhier, gequoteert met no 41 
 
[0197r] Een decreetbrieff van de huysinge op de Lanen in dato den 28e april 1612 aen Jan Harmens gepasseert, gequoteert met no 42 
 
Een obligatie tot laste van Pytter Pytters Sonderlante in dato den 24e april 1661 ende registrata den 26e marty 1668 als reste een hondert en vijftien Caroliguldens capitael edoch onwis, gequoteert met no 43 
 
Een coopbrieff van de achterhuysinge van 't huis staende op de Lanen in dato den 20e marty 1620 aen Jan Harmens gepasseert, mitsgaders het reversael daerbij gaende in geleverd dato [niet ingevuld], gequoteert met no 44 
 
[0197v] Een testament in dato den 16e juny 1664 van wijlen Trijntie Jans, gequoteert met no 45 
 
Een acte van schijdinge tusschen de erfgenaamen van Trijntie Jans in dato den 1e february 1669, gequoteert met no 46 
 
Noch een acte tusschen de erfgenamen van Trijntie Jans in dato den 2e februari 1669, gequoteert met no 47 
 
Een handtschrift tot proufijtte van Trijn Jans ten laste van Janneke Hendrix tot Amsterdam in dato den 4e april 1657 ter summa van een hondert Caroliguldens edoch onwis gereeckent, gequoteert met no 48 
 
[0198r] Een coop- ende ingelost reversaelbrief de dato den 22e februari 1668 ende den 25e april 1668 van seeckere veertien pondemate los landt, leggende tot Ouder Klooster waer van wijlen Jan Foppes de helfte toebehoort, gequoteert met no 49 
 
Een coop- ende ingelost reversaelbrief de datis den 19e april 1633 van de huysinge staende aen de Voorstraet waeruyt wijlen Jan Foppes is versturven waer hem van 4/5 parten toebehoort, volgens acten van den 1e may 1672, gequoteert met no 50 
 
Een acte van inbrengh tusschen Foppe Tjeerdts ende Trijntie Jans in tijden echteluyden in dato den 1e augusti 1639, gequoteert met no 51 
 
[0198v] Een inventaris van wijlen Nanke Meyns nagelatene obligatien in dato den 9e february 1654, gequoteert met no 52 
 
Een huircontract tusschen wijlen Jan Foppes cum socio verhuyrders ende Age Yntes cum uxore als huirders van 't sate landt bij t olde Klooster de dato den 15e novembris 1677, gequoteert met no 53 
 
Een obligatie tot laste van Jan Aerts cum uxore de dato den 2e novembris 1671 ter summa van drie hondert Caroliguldens capitael waervan Theunis Foppes veertich gulden toebehoort, ende een verclaeringe van de voorschreven Jan Aerts cum uxore de dato den 14 april 1673 dus hier f 260-00-00 
de interessen zedert den 2e novembris 1672 daerop te goede, gequoteert met no 54 
 
[0199r] Een huircontract tusschen de erfgenamen van wijlen Trijntie Jans verhuyrders ende Yede Pytters cum uxore huyrders van 't landt tot Pyttersbierum de dato den 1e may 1675, gequoteert met no 55 
 
Een sack met brieven soo obligatien en quitantien, raekende de huisvrouwe van Cornelis Arjens Dockinga gequoteert met no 56 
 
Een handtschrift tot laste van de weduwe van Dre Cornelis van Nes, wonende tot Westeynde van Flielandt, de dato den 10e decembris 1674 ter summa van vier en vijftich Caroliguldens f 54-00-00 
gequoteert met no 57 
 
[0199v] Een eecken schabeltie, staende in de voorkamerke, daerin nae ontzegelinge bevonden, als volght: 
 
[marge: onwis]Een obligatie tot laste van wijlen Claes Jansen Boerke tot proufijtte van Trijntie Jans erfgenamen de dato den 16e marty 1666 waerop noch reste een hondert vijftien Caroliguldens 4 1/2 stuivers waervan wijlen Jan Foppes een vijftedeel competeert, gequoteert met no 58 
 
Een accoord tusschen wijlen Jan ende Theunis Foppes in dato den 18e may 1676, gequoteert met no 59 
 
Een huircontract tusschen wijlen Jan Foppes verhuirder ende Jan Jonas gleybackker huyrder van de gleybakkerij de dato den 31e juny 1677, gequoteert met no 60 
 
De vorenstaende gespecificeerde mobilia bij boelgoedt vercocht zijnde hebben opgebracht, volgens vertoonde copia boelchedulle ad f 912-16-10 
 
[0200r] Eenighe brieven van geen importantie ende in den sterfhuyse gebleven 
 
Gerede gelden 
acht ducatons a 3-03-00 f 25-04-00 
een a 2-10-00 f 2-10-00 
aen pajement f 4-03-02 
 
De coopman Goitien Braem op dato aen gereedt geldt in den sterfhuise getelt, wegens twee jaer huishuir nae deductie van de reparatien van sijn bewoonde huysinge dus f 12-15-00 
 
[marge: deze neven staende posten zijn Foppes Cornelis spaerpot waeruyt het gereedt geldt bij de curtor Goytien Braem nagenomen is] | In een rondt dosien bevonden gout ende silver 
| een echte Jacobus f 13-00-00 
| een dubbelde ducat f 10-00-00 
| een Sweedtse dito f 10-00-00 
| een halve pistolet f 9-00-00 
| noch twee kleyne stuckjes gout 
| een dubbelde rijxdaelder f 5-00-00 
| seven valueerde rijxdaelders 
| een Spaense cluit f 2-08-00 
| een halve dito f 1-04-00 
| een stuckjen waerdich ontrent f 1-04-00 
| noch een rijxoordt f 0-13-08 
| noch tien stuckken Engels gelt als anders 
 
[0200v] Boekschulden in een kleyn sackboekje ofte almenach, gequoteert met A 
Daerin voor aen bevonden, dat het sterfhuys van de andere erven van wijlen Trijntie Jans competeert fol 1 f 3-12-00 [post is doorgehaald] 
Pieteroom zeilmacker op 't Westeynde van Flielandt, debet fol 2 f 150-00-00 [post is doorgehaald] 
de Westeynders van Vlielandt debent fol 3 f 1-04-00 
 
fol 5 Aen Gerben Arjens op der Bildt bij Jan Foppes volgens reekeninge 
getelt f 12-15-00 [post is doorgehaald] 
fol 19 de Westeynders debent voort registreren der obligatien f 4-04-00 
de crediteuren van Doccum debent fol 20 ende verso fol 21 t samen f 157-17-08 
de selve debent fol 24 verso f 7-00-00 
de selve debent fol 25 verso f 61-01-08 
de selve debent fol 26 verso f f 138-00-08 
fol 27 Cornelis Dockinga f 64-13-00 
----------- 
f 434-00-08 
 
[0201r] De crediteuren van Doccum debent fol 27 verso f 14-02-00 
de selve debent fol 29 verso f 11-00-00 
de selve debent fol 21 verso f 7-11-00 
de selve debent fol 32 f 6-04-00 
de selve debent fol 32 verso f 13-10-00 
de selve debent fol 33 f 6-05-12 
Cornelis Dockinga debet fol 34 f 8-16-00 
De voornoemde crediteuren debent fol 34 verso f 12-19-08 
de selve debent f 5-00-00 
de selve debent 35 fol f 2-12-08 
 
Extract uit wijlen Jan Foppes memoryboek 
Den 21 marty 1678 aen broeder Theunis gestelt de summa van f 50-00-00 
den 13e juni aen Jan Dirxen wegens Theunis voor familie geldt f 41-12-00 
[post is door doorgehaald] 
mij rest van hem wegens de oude reeckeninge van den jare 1676 f 105-17-00 
den 19e july aen Janke getelt f 31-10-00 
------------ 
f 316-13-12 
 
[in de marge: dese post wordt hier gebracht pro memoria] 
 
 
 
[201v] Parten scheeps 
Een 3/57 part scheeps aent schip van schipper Cornelis Reyers van Flielandt, waervan Theunis Foppes weduwe de helft competeert 
 
Een 1/130e part schips aent schip van Doede Pytters van Amelandt, waervan Theunis Foppes weduwe mede de helft competeert 
 
Een 32 part scheeps aen't schip van schipper Reyer Eelkes van Flielandt waervan Theunis Foppis weduwe mede de helft competeert 
 
Een 64e part aen't galioot van schipper Bearent Cornelis van 't Westeynde van Flielandt waervan Theunis Foppes weduwe mede de helft competeert 
 
[0202r] Vastigheden 
Seeckere huysinge staende aen de suydcant van de Voorstraat, waeruit wijlen Jan Foppes versturven is, en Foppe Cornelis een vijftepart toebehoort 
 
Seeckere gleybackerij staende op de Ossemerckt, aen de zuydtzijde van dien, bij Jan Jonas als huyrder gebruickt 
 
Seeckere halve huysinge staende op 't Noordtijs waeruyt wijlen Theunis Foppes versturven is ende de weduwe van gedachte Theunis Foppes de andere helfte toebehoort [d.i. Noordijs 19] 
 
Een vijftepart van seeckere hovinge staende aen de zuydtsijde van de Nieuwe Haven 
 
[0202v] Een vijftepart van seeckere huisinge staende aen de noordcant van de Lanen alhier 
 
Een vijftepart van een sate landts tot Pyttersbierum, bij Ede Pytters bewoont, offe als meyer gebruyckt werdende 
 
Een vijftepart van seeckere sate landts, tot Olde Klooster, bij Age Yntes als meyer, gebruyckt werdende, groot 72 pondemate 
 
Een vijftepart van seeckere 13 1/2 pondemate landts als boven gelegen bij de selve Age Yntes als huyrder gebruickt werdende, behoorende de erven van Jan Foppes sterfhuys toe, alsoo zijn staat daer niet vergroot is 
 
De huysinge ende landen staende ende gelegen op 't eylandt Vlielant sampt beesten, huisraden etc. waer Jantien Gerrits de andere helfte toe behoort, als mede eenige landen leggende op Texel, daer onder begrepen, hier pro memoria 
 
[0203r] Roggen 
Ontrent offe ruim vijftichlasten rogge, binnen deser stede, op drie verscheyden souders leggende 
 
Aen landthuyren ontvangen voor een vijftepart den sterfhuyse vijfentnegentich Caroliguldens, seven stuivers, 8 penningen f 95-07-08 
 
Aen geld onder Martjen Gerryts berustende veertigh Caroliguldens f 40-00-00 
 
[0203v] Aenteeckeninge van Foppe Cornelis spaarpoth ende des selfs wijlen moeders troupenningh so volght 't welk hier alleen pro memoria gestelt wordt 
 
[marge: dese nevenstaende ende gelinieerd silverwerck ende goederen is bij de coopman Goytien als curator over Foppe Cornelis nae zich genomen] | Een silveren troukistie daerin soo volgt: 
| drie gesneden silveren penningen 
| een gouden ende vergulden ringh 
| een halve cvalueerde rijxdaelder 
| een kleyn stuckjen gout 
| vier en drie quart rijxdaelder 
| tien silveren lepels 
| een silveren hechten mes 
| een silveren vrouwen onderriem 
| twee silveren gaspen 
| een silveren dop van een mes 
| een silveren plaet van een signet 
[0204r] | een silveren brandewijns kroeske 
 
[marge: deze obligatie is mede bij de curator Goytien Braem na sich genomen] | Een obligatie de dato den 16e mey 1655 op de stadt Doccum ter summa van 7000 gulden capitael waervan Foppe Cornelis, toebehoort vijf duysent vijf hondert negen ende vijftich Caroliguldens. dus hier pro memoria, gequoteert met Foppe Cornelis 
 
Vide folio 213 verso 
De gemene schulden ten laste van de sterfhuise betaelt, volgens vertoonde quitantie die rede hiermede gerojeert worden, zijn bevonden te bedragen f 263-17-00 
item noch voor gemeene schulden f 27-00-00 
---------- 
f 290-17-00 
 
In dese schadelycke staet per abuys f 26-17-08 te veel gebracht zijnde moet de selve summa daeraf werden getrocken 
 
[0204v ] Schadelycke staet, offe schulden tot laste van den sterfhuyse 
De commandeur heer Wybes competeert volgens obligatie, een duysent Caroliguldens f 1000-00-00 
de intressen van ultimo juny tot den 1e novembris ad 3 per cento f 10-00-00 
Paulus Sierx wonedende op 't Oosteynde van Flielandt competeeert volgens obligatie een duysent Caroliguldens capitael f 1000-00-00 
de intressen van may 1678 tot november f 15-15-00 
Grietie Wieroos competeert volgens obligatie een duysent Caroliguldens capitael f 1000-00-00 
de interessen tegens 3 f 5 stuivers f 16-05-00 
Jantien Gerrits weduwe wijlen Theunis Foppes competeert volgens handschrift vijf hondert Caroliguldens capitael f 500-00-00 
de intressen voor een half jaer 3 gulden f 7-10-00 
Jantien Arents wonende op Flielant competerende volgens handschrift offe obligatie twee hondert Caroliguldens capitael, de intressen voor 1/2 jaer a 3 1/2 gulden f 3-10-00 
De kinderen van wijlen Jan van Hossen wonende op Flielandt, competeren volgens obligatie, vier hondert Caroliguldens capitael f 400-00-00 
de interessen voor een half jaer tegens 3 1/2 per cento f 7-00-00 
---------- 
f 4160-00-00 
 
vide folio 213 f 4160-00-00 
 
[0205r] Jan Wybes Cats competeert volgens handtschrift offe handtschrift off obligatie vier hondert Caroliguldens capitael f 400-00-00 
de interessen voor 1/2 jaer tegens 3 1/2 per cento f 7-00-00 
Salomon Jansen competeert volgens obligatie ses hondert Caroliguldens capitael f 600-00-00 
de interessen voor 1/2 jaer tegens 3 1/4 f 9-15-00 
De coopman Goitien Braem competeert volgens handtschrift ofte acte vijfhondert sestich Caroliguldens capitael f 560-00-00 
de intressen tegens vijf per cento zedert den 10e juny 1677 f 42-00-00 
De coopman Huybert Braem competeert als boven f 560-00-00 
de intressen als boven f 42-00-00 
De selve voornoemde coopman Goytien Braem als curator over Foppe Cornelis, competeert als vooren f 560-00-00 
de intressen als voren f 42-00-00 
Theunis Foppes weduwe competeert als voren f 560-00-00, de intressen als voren f 42-00-00 
---------- 
f 3424-15-00 
 
[0205v] Aen Jan Hendrix betaelt wegens een jaer intressen bij wijlen Jan Foppes voor hem van 1000 gulden capitael volgens obligatie, tot laste van dezen landtschappen hier vooren nader gemelt, ontvangen f 50-00-00 
Aen Trijn Clases wegens debent van Flielandt als boven f 19-14-00 
De coopman Fedde Geerdts in qualiteit competeert volgens handtschrift twee ent seventich Caroliguldens 10 stuivers f 72-10-00 
Comt hiermede voor schadelijk sodanige twee hondert Caroliguldens als Ake Gerlofs competeert uyt de obligatie van wijlen Jan Foppes ten laste van den landtschappe van Frieslandt holdende in't geheel tot vijf hondert Caroliguldens van dato den 21e may 1678 dus hier f 200-00-00 
Alsmede de summa vijf hondert een en t seventich Caroliguldens. drie stuivers ellef en een dardendeel penningh Ake Gerlofs competerende ter sake meeder ontfangeh als uitgave wegens de administratie der goederen bij wijlen Jan Foppes als curator gehadt volgens slot van reeckeninge den 29e octobris 1679 gedaen f 571-05-11 1/3 
---------- 
f 913-07-11 1/3 
 
compt noch vorders voor schadelyck staet folio 213 
 
[0206r] Aenteeckeninge van de obligatien soo op Doccum als Franequer verscheydene vreemde persoonen toebehoren ende in den sterfhuise van wijlen Jan Foppes is bevonden Actum den 4e octobris 1678 
Een aenteeckeninge bij wijlen Jan Foppes gedaen de dato den 11 october 1671 van seecker obligatie tot laste van dese provintie van Frieslant de dato den 9e octobris 1671 onder Jan Wybes Calf berustende waer van wijlen Marten Alberts de boer op t Westvlielandt vijf hondert Caroliguldens toebeehoort ende de reste Jan Wybes selfs, de post is dese obligatie in den sterfhuyse bevonden, quoteert met A 
Een obligatie tot laste van 't Noorder Quaertier offe de stede van WestVrieslandt leggende op de naem van de regenten van West Flielandt de dato den 1e april 1673 ter summa van acht hondert weertich Caroliguldens, quoteert met B 
[marge: de nevenstaende obligatie is bij mij onderschreven Pytter Reyssen als eygenaer uyt den sterfhuyse gelicht In kennisse mijn handt actum den 7e october 1678 verteekent bij mij Pytter Reyersen] 
[0206v] Een obligatie tot laste van dese stadt Harlingen de dato den 12 juny 1654 tot profijtte van Ettien Luytiens weduwe van Gerlof Hendrix wonende op 't Westeynde van Flielandt te summa van een duysent Caroliguldens capitael, gequoteert met C 
[marge: dese nevenstaende obligatie is bij mij onderschreven als eygenaer of erfgenaem van mijn moeder Ettien Luitiens gelicht en ontvangen, in kennisse mijn hant. Actum den 7e october 1678 verteekent (get.) Hendrick Geerlofsen] 
Een obligatie tot laste van desen stadt Harlingen de dato den 30e july 1669 tot profijtte van Hendrick Gerlofs wonende op 't Westeynde van Flielandt, ter summa van een duysent Caroliguldens capitael, gequoteert met D 
[marge: dese obligatie is bij mij onderschreven mede als eygenaer gelicht ende onvangen 
actum den 7e octobris 1674, vertekent Hendrik Geerlofsen ] 
 
Een obligatie tot laste van de stadt Bolswart, de dato den 26e july 1650 tot proufijtte van Eelco Lenerts ende Marijtie Reyers echteluyden op t Oosteynde van Flielandt ter summa een duysent Caroliguldens capitael, gequoteert met lit. E 
[marge: dese nevenstaende obligatie is bij mij onderschreven als gelastigde wegens Eelco Lenerts gelicht ende ontfangen, actum den 5e novembris 1678 met een jaer intressen tot veertich Caroliguldens, onder deductie van vier stuivers port vertekent Trijn Everts ] 
 
[0207r] Een sack met brieven aengaende den boedel van Sjoerdt Joannes wijdschipper, gequoteert met F 
Een obligatie tot laste van de stadt Franequer, ende ten proufijtte van Leenert Jansen op West Vlielandt, de dato den 16e novembris 1671 ter summa van vijf hondert Caroliguldens capitael, gequoteert met G 
[marge : dese obligatie is bij mij onderschreven burgemeester als tot desen gelastichdt, gelicht ende ontvangen met aenneminge omme te doen hoeden de costen der proceduren rede gehadt ende geleden noch te hebben ende te lijden volgens procuratie, actum den 7e october 1678, geteekent Jan Willems] 
Den obligatie tot laste van de stadt Franequer, ende ten proufijtte van Trijn Reyers de dato den 8e octobris 1668 ter summa van vijf hondert Caroliguldens capitael, gequoteert met H 
[marge: dese nevenstaende obligatie is bij mij onderschreven Pytter Reyes als gelastichde van de eygenaresse mijn suster Trijn Reyersdochter gelicht onder aenneminge om te hoeden de lasten ende costen over de proceduren rede gehadt ende gevallen ende noch te vallen, actum den 7e october 1674 vertekent bij mij Pytter Reyers] 
 
[0207v] Een obligatie tot laste van de stadt Doccum in dato den 16e may 1671 ten proufijtte van Eelco Leenderts tot Amsterdam, ter summa van vijftien hondert Caroliguldens capitael, gequoteert met J 
Een obligatie tot laste van de selve stadt Doccum ende ten proufijtte van Frouke Leenerts tot Amsterdam de dato den 16e may 1671 ter summa van vijftien hondert Caroliguldens capitael, gequoteert met K 
[marge: dese beyde obligatien nevenstaende zijn bij mij onderschreven als gelastichde wegens Eelke en Frouke Leenerts gelicht ende ontvangen met aenneminge omme te sullen hoeden alle de costen en lasten pro quota alls wegens de procederen zijn gevallen. actum den 5e novembris 1679 vertekent Trijn Eeverts] 
Een obligatie tot laste van de selve stadt Doccum ende ten proufijtte van Leenert Janssen cum uxore op 't Westeynde van Vlielandt de dato den 21e may 1671 ter summa van ses hondert Caroliguldens capitael f, gequoteert met L 
[marge: dese nevenstaende obligatie is bij mij onderschreven als tot desen gelastet gelicht ende ontvangen met aenneminge omme te sullen doen hoeden alle de costen en lasten pro quota als wegens de proceduren rede sijn gevallen ende die noch mogen comen te vallen volgens procuratie. actum den 7e octobris 1678 . verteekent Jan Willems] 
 
[0208r] Een obligatie tot laste van de stadt Doccum ten proufijtte van ds. Cornelis van der Nes weduwe de dato den 26e novembris 1671 ter summa van twalef hondert Caroliguldens capitael, gequoteert met M 
Een obligatie tot laste van de stadt Doccum tot proufijtte van Naen Hendrix wondende op 't Westeynde van Vlielandt de dato den 19e september 1670 ter summa van een duyysent Caroliguldens capitael, gequoteert met N 
[marge: dese nevenstaende obligatie is mij onderschreven Jan Hendrix als gelastichde van mijn moey Naen Hendrix gelicht en ontfanger, onder aenneminge, dat de costen onder de proceduren rede gevallen en noch te vallen volgens procuratie quotelyck sonder faute sullen werden gehoedet 
actum den 7e octobris 1679 Jan Hendrix] 
Een obligatie tot laste van de stadt Doccum tot proufijtte van Pieters Reyers Pieteroom opt Westzijde van Vlielandt de dato den 22e juny 1669 ter summa van een duysent Caroliguldens capitael, gequoteert met O 
[marge: dese nevenstaende obligatie is bij mij onderschreven als eygenaer gelicht in der aenneminge om altoos te sullen hoeden de costen des proceduren, rede gehadt ende geleden, noch te hebben ende te lijden, volgens procuratie actum den 7e octobris 1679 vertekent bij mij ondergetekende Pytter Reyers] 
 
[0208v] [marge : Dese nevenstaende registratie is bij mij onderschreven gelicht met aenneminge om alle oncosten der proceduren te sullen hoeden, rede gehadt enden noch te hebben. Actum den 13 novembris 1678 Dit is Martien Heries huisvrouwe van Marten Alberts de Boer eygen gezette handtmerk] Een obligatie tot laste van de stadt Doccum tot proufijtte van Marten Alberts de Boer, op 't Westeynde van Flielandt, de dato den 28e novembrisw 1668 ter summa van acht hondert Caroliguldens capitael, gequoteert met P 
[marge: dese obligatie is bij mij onderschreven Jan Willems Koes gelicht onder aenneminge te sullen hoeden ende dragen de costen der proceduren, rede gehadt ende noch te lijden volgens procuratie, actum den 7e octobris 1678 verteekent Jan Willems] Een obligatie tot laste van de stadt Doccum, tot proufijtte van de armen op 't Westeynde van Flielandt de dato den 11 marty 1659 ter somma van fdrie hondert vijftich Caroliguldens, gequoteert met Q 
[marge: dese obligatie is bij mij onderschreven als gelastichde van de eygenaerse gelicht onder aenneminge te hoeden de costen ende lasten der proceduren rede gehadt ende noch te lijden, actum den 7e octobris 1679 verteekent bij mij Pytter Reyers] Een obligatie tot laste van de stadt Doccum tot proufijtte van Trijn Reyers, wondende op 't Westeynde van Flielandt, ter summa van vijfhondert Caroliguldens capitael, de dato den 21e juny 1655, gequoteert met R 
 
[0209r] [marge: dese nevenstaende obligatie is bij mij onderschreven als vooren gelicht. Actum den 5e novembris 1679 vertekent Trijn Eeverts] Een obligatie tot laste van de stadt Doccum ter proufytte van Eelco Leenerts op Vlielandt, de dato den 21e juny 1655 ter summa van drie duysent Caroliguldens capitael, gequoteert met S 
[marge: dese obligatie is bij mij onderschreven burgemeester als lasthebbende van de van de eygenaers gelicht ende ontvangen onder aenneminge omme te doen hoeden ende dragen de costen der proceduren rede gevallen ende noch te vallen volgens procuratie. actum den 7e octobris 1678, verteeckent Jan Willems]Een obligatie op de selve stadt Doccum, tot proufijtte van Hessel Feddes timmerman op't Westeynde van Vlielandt, de dato den 5e july 1659 ter summa van een duysent Caroliguldens capitael, gequoteert met T 
[marge: dese obligatie is bij mij onderschreven als gelastichde van de eygenaer gelicht onder aenneminge omme te sullen hoeden de costen van de proceduren rede gehoedt ende geleden. ende noch te lijden volgens procuratie Actum den 7e octobris 1679 verteekent bij mij Pytter Reyers] Een obligatie tot laste van de selve stadt Doccum ten proufijtte van Willem Jans Willeman op 't Westeynde van Flielandt de dato den 1e marty 1656 ter summa van vijf hondert Caroliguldens capitael 
gequoteert met V 
 
[0209v] [marge: dese nevenstaende obligatie is bij mij onderschreven Hendrick Gerlofs van Vlielandt gelicht, onder aenneminge omme te sullen hoeden de onscosten over de proceduren te vallen volgens procuratie actum den 7e octobris 1679 gelijck mede te sullen hoeden de costen rede gevallen actum ut supra] Een obligatie op de stadt Doccum tot proufijtte van Ettien Luitiens op 't Westeynde van Flielandt de dato den 1e july 1655 ter summa van twee duysent Caroliguldens capitael, gequoteert met W 
[marge: dese obligatie bij mij onderschreven als vooren gelicht, als daertoe gelastichdt. vertekent Hendick Gerlofs] Een obligatie tot laste van de stadt Doccum tot proufijtte van Barent Jansen Fockenes secretaris op 't Westeynde van Flielandt als curator over Neeltie Arjens dochter ter summa van een duysent Caroliguldens capitael de dato den 14e mey 1647, gequoteert met X 
[marge: dese obligatie bij mij ondergeschreven als boven gelicht. actum den 7e october 1678 vertekent Hendrik Gerlofs] Een obligatie tot laste van de selve stadt Doccum tot proufijtte van Albert Alberts Buter weduwe wonende op 't Westeynde van Flielandt de dato den 1e july 1655 ter summa van vijf hondert Caroliguldens capitael, gequoteert met Y 
 
[0210r] Warderinge van leninge vorenstaende geinventariseerde goederen gedaen, ten overstaen van de heeren burgemeesteren Folkert Lammerts Nijkerk ende Pytter Pytters Oldaens als commissarien, seccretaris, op versoeke van Maertie Gerrits, weduwe van wijlen de overledene, geadsocieert met dr. Dominico Wringer 
 
Jan Foppes, welke goederen de voorschreven weduwe voor twee geedighde uitdraeghsters Dieuke Clases ende Dieuke Jans, ter preasentie van Goytien Braem ende Symen Fransen beyde coopmannen binnen Harlingen zijn toegewardeert, waerop allsoo dan tot de voorschreven warderinge is geprocedeert als volght. Actum den 31e octobris 1678 alles gestelt bij Caroliguldens. 
 
Bedden en bedtskleeren 
een bed met een peul f 28-00-00 
een peulsack f 2-00-00 
een bedt met een peul f 18-00-00 
een catoenen bedtspreedt f 3-10-00 
twee lakens f 5-10-00 
een wollen bedspreedt f 2-10-00 
---------- 
f 59-10-00 
 
[0210v] een laken, een peulsak met een oude doek f 4-00-00 
een Spaense deecken f 3-00-00 
een gevoerde deecken f 3-10-00 
een groene Spaense deecken f 4-10-00 
een Spaense deecken f 2-10-00 
twee pluimkussen f 7-00-00 
twee oorkussens f 5-00-00 
vier slopen f 4-00-00 
een ijseren pottie f 0-18-00 
een coperen pottie f 1-01-00 
een bofferts panne f 2-10-00 
een groote ketel f 3-10-00 
twee kannen met een coperen kandelaer f 1-05-00 
een coperen becken f 1-05-00 
aen tinnen partielen f 4-16-00 
twee kussens f 8-00-00 
--------- 
f 56-15-00 
 
[0211r] twee oorcussens f 8-00-00 
twee slopen f 4-00-00 
twee sloopen f 2-10-00 
twee tafellakens f 3-15-00 
twee dito f 3-10-00 
twee dito f 3-00-00 
twee dito f 4-10-00 
twee dito f 4-10-00 
twee dito f 6-00-00 
twee dito f 6-00-00 
twee dito f 6-00-00 
twee dito f 6-00-00 
twee dito f 6-00-00 
twee dito f 5-00-00 
een dito f 3-00-00 
vier slopen f 3-00-00 
vier dito f 3-15-00 
vier dito f 3-15-00 
twee dito f 2-00-00 
--------- 
f 84-05-00 
 
[0211v] drie peulsacken f 5-00-00 
twee lakens f 4-00-00 
twee dito f 4-10-00 
ses servetten f 3-10-00 
ses dito f 5-00-00 
ses dito f 5-10-00 
een schilderij f 4-00-00 
een schilderij f 3-00-00 
een schilderij f 6-00-00 
een schilderij f 1-15-00 
twee stoelen swarte f 2-00-00 
vijf stoelen f 1-15-00 
twee stoelen f 3-00-00 
een gevoerde deecken f 10-00-00 
een ongevoerde groene deeken f 6-00-00 
een groene Spaense deeken f 5-10-00 
vier stoelcussens f 7-00-00 
---------- 
f 77-10-00 
 
[0212r] Een mangelboordt, eenn lepelboordt met drie albasterde f 1-00-00 
een spiegel, een glasenbortie f 2-10-00 
eenigh steenwerk f 2-00-00 
 
Oost Indischwerk 
twee koppen f 1-15-00 
twee klapmutsches f 1-05-00 
twee kopkes f 2-00-00 
twee achtkantige kopkes f 1-11-00 
twee kelkjes f 1-00-00 
twee kopkes f 2-10-00 
drie klapmutsches f 2-05-00 
drie vruchtschaelties f 2-00-00 
twee butterpanties f 3-10-00 
een fruchtschaeltie f 1-08-00 
drie dubbelde butterpannen f 10-00-00 
een lanteern f 15-00-00 
---------- 
f 49-14-00 
 
[0212v] een spiegel f 1-11-00 
een eecken cas f 10-00-00 
------------ 
f 11-11-00 
f 49-14-00 
f 77-10-00 
f 84-05-00 
f 56-15-00 
f 59-10-00 
----------- 
f 339-05-00 
 
Een kistie met een schammel f 2-05-00 
een Oost Indisch goedt fles f 4-00-00 
een spinwiel f 1-11-00 
een keteltien met treeft en 2 kleerbesemen f 2-10-00 
een tange met een ellen en 2 stoven f 0-16-00 
4 1/4 pond gaeren het pond 20 stuivers f 4-05-00 
6 1/4 pond flas het pond 13 stuivers f 4-01-04 
een emmer floer schrobber f 1-00-00 
----------- 
f 20-08-04 
 
Dit is Martien Gerrits weduwe w Jan Foppes toegewardeert op den 6e novembris en dan heeft de selve weduwe noch ontfangen 57 loodt kluytsilver a 28 stuivers f 79-16-00 
---------- 
f 100-04-04 
 
[0213r] [marge: retro vide op folio 204 verso] comt noch voor schadelijke staet wegens 800 goltguldens verschot van Age Yntes huysman tot Olde Clooster ten laste van den sterfhuyse een vijr part bedragende twee hondert vierentwintich Caroliguldens f 224-00-00 
Goitien Clases Braem competeert uit den sterfhuise ter sake driejarige opcomsten bij wijlen Jan Foppes ontfangen, ende tot zijn overlijden bij sich behoeden een gerechte vijftepart van 1745 gulden onder cortinge van negen gulden weertien stuivers aen waeren ontfangen alsoo zuyver voor zijn vijftepart f 339-06-00 
Huibert Claessen Braem competeert van gelijken voor een gerechte vijtepart van bovengedachte 174 gulden suiver geldt in summa f 349-00-00 
Jantien Gerrits weduwe wijlen Theunis Foppes competeert voor glycken een gerechte vijfdepart van de selve 1745 gulden onder deductie van 52 gulden wegens waeren bij haer daerin genoten, dus suyver f 297-00-00 
De vijfdepart van Foppe Cornelis van de ommestaende 1745 is hem met vergrotinge van de interesse te samen tot 377 gulden bij reekeninge in somma valideert, dus dese post alhier pro memoria 
Antie Jans competeert wegens belooft losgelt voor haer broeder in Barbarien als slave gevangen f 65-00-00 
Wytze Pybes wegens Sjoerdt Joannis competeert f 169-00-00 
De armen van de grietenije van Enghwierden competeert wegens interessen op een landtschaps obligatie f 75-00-00 
---------- 
f 1518-06-00 
 
[0213v] De gemene crediteuren van Dockum competeert de summa van 550 gulden ter sake penningen bij wijlen Jan Foppes gelicht, uitgaanden van de heere commisaris Assuerus van Grovestins f 550-00-00 
De selve crediteuren competeert ter sake de opgehaelde schellingen van yder hondert gulden een summa van f 256-05-00 
Foppe Cornelis competeert volgens slot van reeckeninge een summa van f 911-13-07 
---------- 
f 1717-18-07 
 
[onderstaande post is doorgehaald] 
[marge: de post is gebracht bij de capitale summen yder tot f 560-00-00 gulden] Moet noch werden aengemerckt, dat Goitien ende Huybert Braem, sampt Jantien Gerrits weduwe van wijlen Theunis Foppes ende Foppe Cornelis competeert, yder voor haer aenpart van de 2800 gulden wegens de verschotten, yder een summa van 560 gulden waervan interessen moeten trecken van den 23e juny af, compt hier 1 1/2 jaer interessen a 5 per cento, competeert voor 4 parten a 42 gulden yder f 168-00-00 
 
Noch comt hier sodanige een hondert en dartien Caroliguldens, drie stuivers, vier penningen, als voor Martien Gerrits tot rouwgoedt is gelevert door Pytter Jansen bij moderatie f 113-03-04 
 
Eyndelyck comen hier voor schadelyck de doodschulden van wijlen Jan Foppes bewesen vervolgens respectievelijke quitantien bij reeckeninge gebleecken ende vertoont f 137-06-00 
item noch voor doodschulden f 7-07-00 
---------- 
f 144-13-00 
sie boven f 1717-18-07 
---------- 
f 1852-11-07 
 
[retro vide op folio 214] 
 
Aldus geinventariseert, bevonden ende eindelyck gesloten den 18e aprilis 1679 
In kennisse van ons commissaris ende secretaris 
 
(get.) F. Lambers Nijkerck 
 
(get.) D. Wringer 1697