Harlingen, weesboeken

N.B. Deze index bevat alleen boedelinventarissen en is dus geen volledige index van de weesboeken.

Door kindersterfte en ziekten lag de gemiddelde levensverwachting in de 17e eeuw tussen de 30 en 40 jaar. Had je je kindertijd overleefd, dan was er nog kraamvrouwenkoorts, rode loop (dysenterie), tyfus, mazelen en zo nu en dan de pest. Omdat mensen in de stad dichter op elkaar leefden was hun levensverwachting nog lager dan die van plattelandsbewoners. De kans dat je als minderjarige (nog geen 25 jaar) een of beide ouders kwijtraakte was daarom aanzienlijk. Je werd dan aangeduid als (half)wees en je werd onder voogdij van curatoren gesteld. Onroerend en roerend goed werden te boek gesteld in een vooreerst onverdeelde boedelinventaris. Dit gebeurde ook als de vader of moeder wilde hertrouwen, omdat dan moest worden vastgelegd wat het ieders erfdeel op dat moment was. Alles wat de ouders in hun huwelijk hadden ingebracht en tijdens hun huwelijk ('stante matrimonio') hadden aangekocht of vergaard, werd geïnventariseerd t.b.v. de 'voorkinderen'. Mochten uit een nieuw huwelijk meer kinderen komen dan kon op deze inventaris worden teruggegrepen.

Niet bij iedere inventaris is onroerend goed betrokken want veel mensen huurden een woning of kamer. Als blijkt dat er sprake is van bezit van onroerend goed, is niet altijd duidelijk welk perceel het betreft. Er waren geen vastgestelde straatnamen en er was geen huisnummering, dus de enige aanwijzing kan zijn 'het huijs in de kerckstraet'. Vaak is het gelukt om het (waarschijnlijke) perceel te bepalen met gegevens uit de Proclamatieboeken, waarin koop of ruil van onroerend goed is opgetekend. Soms is er sprake van meerdere percelen, waarvoor bijvoorbeeld huur ontvangen wordt, moet worden of had moeten worden. Omdat huurregisters ontbreken is dat niet verder uit te zoeken.

Curatoren waren soms nabije familieleden zoals ooms, soms waarschijnlijk bekenden zoals huisvrienden van de overleden ouder(s), maar ook wel anderen. Sommige curatoren bestieren tegelijkertijd weesrekeningen van meerdere gezinnen. Waren er geen minderjarige kinderen in de boedel betrokken dan werd die inventaris bij het lokale Nedergerecht ingeschreven in het Inventarisboek. Waren er een of meer minderjarige kinderen in de boedel betrokken dan kwam de inventaris in het Weesboek en moesten de aangestgelde curatoren de weesrekening bijhouden. Overleed een curator, of kwam er een einde aan het curatorschap doordat alle wezen meerderjarig waren, dan moest voor die rekening verantwoording afgelegd worden aan door het gezag aangestelde commissarissen en de stadssecretaris. Er werd dan tussen de betrokkenen afgerekend en de curatoren werden voor hun diensten bedankt en vooral voorgoed van hun aansprakelijkheid ontslagen. De curator heeft dan de rol van 'rendant' (rekeningvoerder), de onder curatele gestelden zijn 'rendeerde'. Iemand wiens inventaris wordt opgemaakt is 'inventarisant'. Verzoekers van een inventarisatie zijn 'requirant' (soms 'ter eenre zijde'), verzochten zijn dan 'requireerde' (soms: 'ter andere zijde').

Met meerderjarigheid kwam, althans voor mannen en ongehuwde vrouwen, ook juridische handelingsbevoegdheid, en dus was er geen noodzaak meer voor curatorschap. Vrouwen werden door te huwen weliswaar meerderjarig, maar kwamen daardoor ook onder de macht van hun man. D.w.z. ze waren niet, of niet meer, handelingsbevoegd en hadden indien nodig hun man als voogd. Verder was er voor meisjes vanaf 18 jaar en jongens vanaf 20 jaar de mogelijkheid om Venia Aetatis, letterlijk vergiffenis voor de leeftijd ofwel meerderjarigheidsverklaring, te verkrijgen van het Hof van Friesland. Aangetekend is dan 'veniam aetatis', d.i. de verklaring is verkregen. Deze, toch beperkte, status van volwassenheid werd meestal aangevraagd voor grotere zelfstandigheid i.v.m. werk of het hebben van een bedrijf.

Gegevens uit bronnen worden zorgvuldig overgenomen, maar lees- en typfouten zijn onvermijdelijk. Gegevens die niet in de bron staan maar door mij zijn aangevuld op basis van andere bronnen of andere gegevens uit dezelfde bron, zijn voorzien van een *. Gegevens die door mij aangepast of geïnterpreteerd zijn, zijn zoveel mogelijk voorzien van een verduidelijkende toelichting tussen [ ]. Bij het overnemen van eigennamen is de originele spelling gehandhaafd. Soms is echter te voorzien dat een kennelijke schrijf- of spelfout in de bron een probleem zal geven bij het zoeken naar een eigennaam of bij het maken van een alfabetische index. In zo'n geval is de juiste of meest voorkomende spelling van een eigennaam aangehouden, met toevoeging van een toelichting tussen [ ]. Bij het overnemen van plaatsnamen, straatnamen en beroepen die in alfabetische indexen terecht komen is voor zover mogelijk de moderne spelling aangehouden, om het zoeken te vereenvoudigen. Mogelijk staat in een bron bijvoorbeeld Doccum, terwijl op deze website Dokkum staat. Zo wordt een glaesemaecker een glasmaker. Die spelling is voor het doel van deze website (het ontsluiten van bronnen, niet het transcriberen van bronnen) niet belangrijk.



Deze gegevens zijn voor het laatst bijgewerkt op 2025-08-05 13:14:20



Vindplaats: Tresoar, Nedergerecht Harlingen (13-16) inventarisnummer 176 folio 113r

Pand: 

Inleiding: [0113r] Compareerden op den Raed huise der Stadt Harlingen voor de Heeren praesiderende Burgemeesteren Menelaus Hillebrants ende Sibrandus Pauw als Commissarien, geadsocieert met Theodorus Stansius, Secretaris, Jan Gerrijts, burger ende wijdschipper binnen desen Stede, als aengehouwde oom ende geauthoriseerde Curator over Tjeerd, Berber ende Jacob Lolckes, kinderen van Lolcke Tjeerdts, mede burger ende grootschipper alhier, bij sijn overledene echte huijsvrouw Doetje Jacobs in echte getogen in dier qualiteit requirant ter eenre ende den selven Schipper Lolcke Tjeerds, sich nu wederom ad secundum vota begeven hebbende met Aeltie Jans, sijn tegenwoordighe echte huijsvrouw, in dier voegen requireerde ter andere sijden, omme met malckanderen te maken staat ende liquidatie sampt deilinge ende scheidinge van alle sodanige goederen, actien ende credijtten als den requireerde ende sijn overleden huijsvrouw, Doetie Jacobs eerstelijck aen malckanderen ten echte hebben ingebracht, voorts stante matrimonio gepossideert ende die dus lange tusschen hem ende sijne kinderen pro indiviso sijn beseten geweest;

Inventaris: 
[0113r] in welx doende bevonden is, dat de goederen, huijsgeraden ende imboelen door twee gesworen uijtdraeghsters gewardeert ende ter inventario beschreven, te samen geaddeert sijnde, comen te bedragen de Summa van vier hondert ses en veertigh Caroli guldens vijff stuijvers twaleff penningen en also bij desen onder parthijen geaccordeert ende over een gecomen is, dat de voornoemde wedersijdse inbrengh van goederen egaal ende gelijck sal worden gereeckent, soo moet de voornoemde profijttelijcke staat ad 446-05-12 in twee gerechte helften werden gedeelt, die dan comt [0113v] te bedragen de summa van twee hondert drie en twintigh Caroli guldens twee stuijvers veerthien penningen. Ende is noch aengemerckt ende ten inventario beschreven dat der kinderen moeders klederen mede gewardeert sijn als voren, de summa van een hondert vijff en veertigh Caroli guldens vijff stuijvers, dat oock des selffs doodschulden bij overslagh ende onderlingh verdragh bedragen ses en veertigh Caroli guldens, soo blijft noch suijver over de summa van negen ent negentigh Caroli guldens vijff stuijvers waer bij dan vorders gevoeght de voornoemde helft van de gewardeerde huijsgeraden ende imboelen ad 223-02-14, soo geblijckt ende wort hier uijt klaerlijck bevonden dat der kinderlijcke moeders goederen in alles bedragen de summa van drie hondert twee en twintigh Caroli guldens seven stuijvers veerthien penningen, welcke de requireerde dese sijne kinderen voor hun moeders goederen uijtwijst mits desen, die oock aenneemt de selve goederen aen haer te restitueren ende uijt te keren, so wanneer de selve tot behoorlijcke buijckveste ofte eenige andere geapprobeerde staat sullen gecomen sijn, in middelen tijde de selve voor de opkomsten deser goederen te alimenteren, soo des een vader neffens sijne kinderen verplicht is te doen, het welck bij den requirant in voegen voornoemd geapprobeert ende geaccepteert sijnde, nemen de Contrahenten bij desen aen malckanderen het volle effect van desen te praesteren, doen hebben ende genijeten ende desen also in alle delen te achtervolgen ende nae te comen onder verbandt der selven in qualiteit geen exempte goederen met submissie van den Hove van Frieslandt, dese Stadt ende alle andere Gerechten ter eerster instantie justiciabel, wordende hiermede de Rendant ende Curator Jan Gerrijts, wegens dese sijne rekeninge bedanckt van wijdere administratie geexonereert ende van alles desen aengaende volcomen geabsolveert ende gequiteert. In kennisse der Comparanten dividenten handen, beneffens de subscriptie van de ondergetekende heeren Commissarien ende Secretaris handen desen ratione officii; mede approberende ende lauderende. Actum op den Raedhuise binnen Harlingen, den 3 Aprilis 1684 
 
(get.) M. Hillebrans 1684 
(get.) Sibrandus Pauw 
Absent Secretaris 
(get.) Theodorus Theodori 46) 4 / 3 1684 Posthumus notarius publicus 
 
 
[marge] Op heden den 4 Februarij 1687, compareerde op den Raedhuise alhier voor de heere praesiderende Burgemeester Jan Dircksen Cuijck als Commissaris, geadsocieert met de heere Theodorus Stansius, Secretaris, Tjeerd Lolckes, old in het 24e Jaer, in desen gesterckt met Jan Gerrijts, mede burger ende gewesen wijdschipper alhier, als sijn gewesen Curator, de welcke bekende ende verklaerde dat sijn Vader Lolcke Tjeerds bij desen aen hem heeft overgegeven ende gerestitueert in gevolge van den nevenstaende acte, den Gerechten darden deel van dese nevenstaende uijtgewesen moederlijcke goederen, al hier bedragende voor sijn aenpart Een hondert seven Caroli guldens thien stuijvers, al waer om hij Comparant gesterckt als voren sijn vader goeder betalinge bedanckte, hem desen passerende voor een generale ende absolute quitantie met aenneming om den selven desen aengaende voor nader aensprake altoos te caveren, onder verbandt ende submissie in forma, in kennisse van sijn handt [0114r] beneffens de vertekeninge van voornoemde Jan Gerrijts ende de subscriptie van de heere Commissaris ende Secretaris. Actum utsupra 
 
(get.) Tjeerd Lolckes 
(get.) Jan Gerrits 
(get.) J.D. Kuijck 1687 
Absent Secretaris 
(get.) Theodorus Theodori 49) 2 / 4 1687 Posthumus notarius publicus [einde marge]