Harlingen, weesboeken

N.B. Deze index bevat alleen boedelinventarissen en is dus geen volledige index van de weesboeken.

Door kindersterfte en ziekten lag de gemiddelde levensverwachting in de 17e eeuw tussen de 30 en 40 jaar. Had je je kindertijd overleefd, dan was er nog kraamvrouwenkoorts, rode loop (dysenterie), tyfus, mazelen en zo nu en dan de pest. Omdat mensen in de stad dichter op elkaar leefden was hun levensverwachting nog lager dan die van plattelandsbewoners. De kans dat je als minderjarige (nog geen 25 jaar) een of beide ouders kwijtraakte was daarom aanzienlijk. Je werd dan aangeduid als (half)wees en je werd onder voogdij van curatoren gesteld. Onroerend en roerend goed werden te boek gesteld in een vooreerst onverdeelde boedelinventaris. Dit gebeurde ook als de vader of moeder wilde hertrouwen, omdat dan moest worden vastgelegd wat het ieders erfdeel op dat moment was. Alles wat de ouders in hun huwelijk hadden ingebracht en tijdens hun huwelijk ('stante matrimonio') hadden aangekocht of vergaard, werd geïnventariseerd t.b.v. de 'voorkinderen'. Mochten uit een nieuw huwelijk meer kinderen komen dan kon op deze inventaris worden teruggegrepen.

Niet bij iedere inventaris is onroerend goed betrokken want veel mensen huurden een woning of kamer. Als blijkt dat er sprake is van bezit van onroerend goed, is niet altijd duidelijk welk perceel het betreft. Er waren geen vastgestelde straatnamen en er was geen huisnummering, dus de enige aanwijzing kan zijn 'het huijs in de kerckstraet'. Vaak is het gelukt om het (waarschijnlijke) perceel te bepalen met gegevens uit de Proclamatieboeken, waarin koop of ruil van onroerend goed is opgetekend. Soms is er sprake van meerdere percelen, waarvoor bijvoorbeeld huur ontvangen wordt, moet worden of had moeten worden. Omdat huurregisters ontbreken is dat niet verder uit te zoeken.

Curatoren waren soms nabije familieleden zoals ooms, soms waarschijnlijk bekenden zoals huisvrienden van de overleden ouder(s), maar ook wel anderen. Sommige curatoren bestieren tegelijkertijd weesrekeningen van meerdere gezinnen. Waren er geen minderjarige kinderen in de boedel betrokken dan werd die inventaris bij het lokale Nedergerecht ingeschreven in het Inventarisboek. Waren er een of meer minderjarige kinderen in de boedel betrokken dan kwam de inventaris in het Weesboek en moesten de aangestgelde curatoren de weesrekening bijhouden. Overleed een curator, of kwam er een einde aan het curatorschap doordat alle wezen meerderjarig waren, dan moest voor die rekening verantwoording afgelegd worden aan door het gezag aangestelde commissarissen en de stadssecretaris. Er werd dan tussen de betrokkenen afgerekend en de curatoren werden voor hun diensten bedankt en vooral voorgoed van hun aansprakelijkheid ontslagen. De curator heeft dan de rol van 'rendant' (rekeningvoerder), de onder curatele gestelden zijn 'rendeerde'. Iemand wiens inventaris wordt opgemaakt is 'inventarisant'. Verzoekers van een inventarisatie zijn 'requirant' (soms 'ter eenre zijde'), verzochten zijn dan 'requireerde' (soms: 'ter andere zijde').

Met meerderjarigheid kwam, althans voor mannen en ongehuwde vrouwen, ook juridische handelingsbevoegdheid, en dus was er geen noodzaak meer voor curatorschap. Vrouwen werden door te huwen weliswaar meerderjarig, maar kwamen daardoor ook onder de macht van hun man. D.w.z. ze waren niet, of niet meer, handelingsbevoegd en hadden indien nodig hun man als voogd. Verder was er voor meisjes vanaf 18 jaar en jongens vanaf 20 jaar de mogelijkheid om Venia Aetatis, letterlijk vergiffenis voor de leeftijd ofwel meerderjarigheidsverklaring, te verkrijgen van het Hof van Friesland. Aangetekend is dan 'veniam aetatis', d.i. de verklaring is verkregen. Deze, toch beperkte, status van volwassenheid werd meestal aangevraagd voor grotere zelfstandigheid i.v.m. werk of het hebben van een bedrijf.

Gegevens uit bronnen worden zorgvuldig overgenomen, maar lees- en typfouten zijn onvermijdelijk. Gegevens die niet in de bron staan maar door mij zijn aangevuld op basis van andere bronnen of andere gegevens uit dezelfde bron, zijn voorzien van een *. Gegevens die door mij aangepast of geïnterpreteerd zijn, zijn zoveel mogelijk voorzien van een verduidelijkende toelichting tussen [ ]. Bij het overnemen van eigennamen is de originele spelling gehandhaafd. Soms is echter te voorzien dat een kennelijke schrijf- of spelfout in de bron een probleem zal geven bij het zoeken naar een eigennaam of bij het maken van een alfabetische index. In zo'n geval is de juiste of meest voorkomende spelling van een eigennaam aangehouden, met toevoeging van een toelichting tussen [ ]. Bij het overnemen van plaatsnamen, straatnamen en beroepen die in alfabetische indexen terecht komen is voor zover mogelijk de moderne spelling aangehouden, om het zoeken te vereenvoudigen. Mogelijk staat in een bron bijvoorbeeld Doccum, terwijl op deze website Dokkum staat. Zo wordt een glaesemaecker een glasmaker. Die spelling is voor het doel van deze website (het ontsluiten van bronnen, niet het transcriberen van bronnen) niet belangrijk.



Deze gegevens zijn voor het laatst bijgewerkt op 2025-08-05 13:14:20



Vindplaats: Tresoar, Nedergerecht Harlingen (13-16) inventarisnummer 176 folio 136r

Pand: Grote Kerkstraat 20

Inleiding: [0136r] Reeckeninge, bewijs ende reliqua gedaen bij de Burgemeester Louwrens Jacobs Asperen als Curator over Boijen ende Oepke Jochums, kinderen van wijlen Jochum Boijes ende haere goederen van sijnnen administratie over de selve gehadt sedert jongste slot van rekeninge van den 27 April 1676 tot dato incluijs ende sulx voor de twee kinderen te samen, ende elx van hare uit bij sonder bij caroli guldens van xx stuijvers in manieren als volgt, [marge] Overgelegt ende gepraesteert bij de curator Louwrens Jacobs Asperen, mede regerende Burgemeester binnen Harlingen als geauthoriseerde Curator over Boijen Jochums, stoeldraijer tot Amsterdam, old ontrent 24 Jaren ende Oepke Boijes, steenvoerder binnen Harlingen, ontrent 21 jaren, in desen geadsisteert met Freerck Jansen, burger ende mr. stoeldraijer alhier, in dier qualiteit Rendant, Sampt ontvangen, opgenomen ende geslooten bij de selve Boijen ende Oepke Jochums, adjungeert als boven Rendeerden ten overstaen van de Heere Burgemeester Tieerdt Bouwens als Commissaris geadsocieert met Theodorus Stansius, Secretaris, Actum den 22 September 1684 [einde marge]

Inventaris: 
[0136r] Ontvang Generael 1676 
[welgebracht ende aengenomen] 
Den 27 Aprili 1676 wegens de kinderen bij voornoemde slot van rekeninge ontvangen van Maijcke Oepkes, der kinderen moeder, de somma van een hondert seven ende negentig caroli guldens tien stuijvers ende vier penningen, dus f 197-10-04 
 
[0136v] Ontvang Generael 
Den 5 Maij ontvangen van Duco Nauta, Ontvanger der boelgoederen alhier, de somma van vier hondert negen en veertig caroli guldens negen stuijvers, sijnde de penningen van haer moeders boelgoedt geprocedeert, der kinderen toebehorende, also f 449-09-00 
Ontvangen nog voor de kinderen dertien silveren lepels, soo groot als kleijn, dit voor memoria 
[welgebracht ende aengenomen] 
Den 28 Junij ontvangen een gulden vijff stuijvers van schorstiengelt het welck de kinderen toebehoorde f 1-05-00 
Den 4 Julij ontvangen van Broer Fongers als reste van huijshuijr een gulden achtien stuijvers vier penningen, dus f 1-08-00 
---------- 
f 452-12-04 
 
[0137r] Ontvang genaerael 
[marge] 1677 
[welgebracht ende aengenomen] 
Anno 1677, Den 15 Maij ontvangen van Duco Nauta ontvanger der boelgoederen, de somma van vier caroli guldens van eenige oude vercogte kleeren geprocedeert, den kinderen toebehorende f 4-00-00 
Den 26 Maij ontvangen van Jacob Claessen die den rendant wegens de kinderen op intressen hadde gedaen 575 guldens, een jaar intrest van het selve capitaal doenmaals verschenen, de somma van vier en dertig caroli guldens tien stuijvers f 34-10-00 
Den 14 Junij ontvangen door handen van Frouckjen Sijbes van achterstallige camerhuijr in de Karremanstraat, een gulden veertien stuijvers f 1-14-00 
Anno 1678, den 11 Februario hebben Secretaris Idsinga ende Jacob Claessen vernoemde 575 caroli guldens hooftsomma, weder opgebracht ende de intres doenmaels verschenen tot vijff en twintig caroli guldens seventien stuijvers acht penningen betaelt, dus voor ontvang f 25-17-08 
---------- 
f 66-01-08 
 
[0137v] Ontvang generael 
[marge] 1678 
[welgebracht ende aengenomen] 
Den 1 Maij 1678 bij den rendant aen geld, sijnde 510 caroli guldens waer van sedert Maij 1677 een hondert caroli guldens voor den rendeerden in verschot geweest, stelt den rendant voor het gebruick van het restante van de 11 februario af tot dato incluijs het intres voor de kinderen een caroli gulden f 1-00-00 
Dito ontvangen op rekeninge van twee jaren huijr van het huijs in de Kerckstraat, 1 Maij deses jaars verschenen voor der kinderen portie, de somma van negen en dertig caroli guldens en vijftien stuijvers f 39-15-00 
Den 20 Junij ontvangen van Broer Fongers huijsvrouw voor der kinderen aenpart, ter sake huijshuijr van de kamer in de Karremanstraat, nadat merckelijcke reparatien daeraen gedaen, van de huijr affgetrocken waren, achtien stuijvers f 0-18-00 
Den 19 Julij van den selven vrouw ontvangen van restante huijr van dito camers twee caroli guldens f 2-00-00 
---------- 
f 43-13-00 
 
[0138r] Ontvang generael 
[marge] 1679 
[welgebracht ende aengenomen] 
Den 1 Maij brengt den rendant van der kinderen gelt tegens vier hondert guldens genomen over mits maij 1678 wat meerder ende nu wat minder in cassa was, voor een jaar intres, in ontvang twintig caroli gukldens f 20-00-00 
Den 17 Julij ontvangen van twee meijden, van achterstallige huijr van het huijs in de Kerckstraat, de somma van drie caroli guldens f 3-00-00 
Anno 1680, den 26 Januario ontvangen van Broer Fongers een gulden drie stuijvers twee penningen van achterstallige huijr in de Karremanstraat f 1-03-02 
Den 2 Maij ontvangen van Broer Fongers voor der kinderen portie negentien caroli guldens tien stuijvers, ter sake een jaar huijr van sijn bewoonde huijsinge, 29-01 deses verschenen f 19-10-00 
---------- 
f 43-13-02 
 
[0138v] Ontvang generael 
[marge] 1680 
[welgebracht ende aengenomen] 
Den 2 Maij brengt den rendant voor ontvang een jaar intrest van drie hondert veertig caroli guldens der kinderen gelt, het welck hij selfs gebruijckt heeft, seventien caroli guldens f 17-00-00 
[marge] 1681 
Den 7 Maij breng ick in ontvang de somma van twaleff gulden tien sdtuijvers ter sake een jaar intressen voor twee hondert vijftig guldens bij mij selfs gebruijckt f 12-10-00 
Den 19 Julij ontvangen door handen van Watse Clasens weduwe voor een jaar huijr van het huijs in de Kerckstraat onder deductie van reparatie bij haar gedaen, suiver ontvang f 16-15-00 
Den 2 Augusti ontvangen van de huijsvrouw van Broer Fongers, de somma van twee guldens ter sake van het jaar huijr voor haer part, van de camers in de Karremansstraat f 2-00-00 
[marge] 1682 
Den 2 Maij ontvangen van Rinske Pijtters de somma van 8 caroli guldens 16 stuijvers ter sake een jaar camerhuijr in de Kerckstraat onder deductie van een gulden schoorsteengelt bij haer uijtgeschooten, dus suiver f 8-16-00 
Den 9 Maij brengt den rendant voor gebruijck van 150 guldens a 4 guldens het 100, dus f 6-00-00 
---------- 
f 63-01-00 
 
[0139r] Ontvang generael 
[marge] 1682 
[welgebracht ende aengenomen] 
Den 12 Junij ontvangen van Freerck Jansen stoeldraijer, de somma van een en vijftig caroli guldens dertien stuijvers ses penningen, ter sake de eersten termijn Maij 1682 verschenen van opgecochte huisinge in de Kerckstraat, volgens coop ende reversaelbrieff f 51-13-06 
Den 18 junij ontvangen van Freerck Jansen de somma van vijff guldens negen stuijvers ter sake retant huijshuijr door hem als boven gecocht f 5-09-00 
Nog brengt den rendant in ontvang ses caroli guldens voor het gebruijck van 150 guldens capitael bij hem gedaen, maij 1683 verschenen f 6-00-00 
Item gelijcke een jaar intressen van voornoemde hooftsomma anno 1684 verschenen, de somma van ses caroli guldens f 6-00-00 
---------- 
f 69-02-06 
f 63-01-00 
f 43-13-02 
f 43-13-00 
f 66-01-08 
f 452-12-04 
f 197-10-04 
---------- 
Somma f 935-13-08 
 
Bedragende also dese boven en vorenstaende ontvang te samen geaddeert sijnde, de somma van negen hondert vijff en dertig caroli guldens dertien stuijvers acht penningen f 935-13-08 
 
[0139v] Particuliere ontvang van Boijen Jochums 1678 
[welgebracht ende aengenomen] 
Den 19 Julij door handen van Broer Fongers ontvangen van Boijen sijn baas, Nanning Melchers van verdiend loon weecks tegens 23 stuijvers, zijnde daer aff eerst betaelt hoosen, schoenlappen ende anders tot sijnnen behoefte, suiver de somma van seven gulden f 7-00-00 
Den 9 Novembri van de selven ontvangen voor een vierendels jaar verdiend arbeitsloon, de somma van negen guldens negentien Stuijvers, nae deductie als boven f 9-19-00 
[marge] 1679 
Den 29 Octobri ontvangen van freerck jansen voor arbeits loon van Boijen sedert Maij 1679 tot dato twintig caroli guldens 5 stuijvers f 20-05-00 
---------- 
f 37-04-00 
 
[0140r] Ontvang van Boijen alleen 
[marge] 1680 
[welgebracht ende aengenomen] 
Den 3 februario ontvangen van Freerck Jans voor een vierendel jaar arbeitsloon tien guldens negen stuijvers f 10-09-00 
Den 2 Maij ontvangen van Freerck Jans twaleff guldens twee stuijvers acht penningen voor een vierendel jaar arbeitsloon van boijen, als boven f 12-02-08 
Den 25 Julij ontvangen van Freerck Jans voornoemd de somma van twaleff gulden vier stuijvers, ter sake een vierendel jaar arbeitsloon bij Boijen verdient, dus f 12-04-00 
Den 1 novembri noch als boven een quart jaar arbeitsloon van Freerck ontvangen, sestien gulden twaleff stuijvers f 16-12-00 
[marge] 1681 
Den 8 februarij ontvangen als boven voor een quart jaar arbeitsloon van Freerck Stoeldraijer de somma seven gulden 18 stuijvers f 7-18-00 
Den 7 maij ontvangen als boven voor 1/4 jaar arbeitsloon ad negen gulden een stuijver f 9-01-00 
---------- 
f 68-06-08 
 
[0140v] Ontvang van Boijen Jochums 
[marge] 1681 
[welgebracht ende aengenomen] 
Den 26 julij ontvangen van Boijen Jogums de somma van twaleff guldens vier stuijvers ter sake 1/4 Jaar arbeitsloon f 12-04-00 
Den 4 november ontvangen voor 1/4 jaar arbeitsloon als boven, vijftien guldens f 15-00-00 
[marge] 1682 
Den februarij van freerck Jans ontvangen wegens Boijen Jogums de somma van veertien guldens ter sake 1/4 jaar arbeitsloon als boven f 14-00-00 
---------- 
f 41-04-00 
f 68-06-08 
f 37-04-00 
---------- 
f 146-14-08 
 
Bedragende also dese speciale ontvang voor Boijen Jogums alleen, de somma van een hondert ses en veertig caroli guldens veertien stuijvers acht penningen 
Waar bij nu geaddeert sijn Boijes gerechte helfte van de generale ontvang nae deductie van de generale uijtgave, hier nae volgende, ter somma van vier hondert ses en dertig Caroli guldens twaleff stuijvers vier penningen f 436-14-04 
Soo comt sijn geheele profijttelijcke staat te bedragen, de somma van vijff hondert drie en tachtig Caroli guldens ses stuijvers twaleff penningen f 583-06-12 
 
[0141r] particuliere ontvang voor Oepke Jogums 1678 
[welgebracht ende aengenomen] 
Den 20 Augusti ontvangen van Oepke sijn verdiende werckgelt nae aftogt van schoenlappen, sondagsgelt en andersints tot dato incluijs vijff guldens een stuijver acht penningen, suiver f 5-01-08 
Den 9 november nae deductie als boven voor een quart jaar arbeitsloon, alderheiligen verschenen, suiver ontvangen de somma van twee guldens ses stuijvers f 2-06-00 
[marge] 1679 
Den 10 Maij als boven nae deductie een halff jaar arbeitsloon, ontvangen vrij gelt vier gulden drie stuijvers f 4-03-00 
Den 31 Julij ontvangen van Siouckie Sijbes van een vierendel jaar arbeitsloon van Oepke nae deductie als boven, drie guldens f 3-00-00 
---------- 
f 14-10-08 
 
[0141v] Ontvang voor Oepke alleen 
[welgebracht ende aengenomen] 
1679, den 1 Novermber van Sioucke Sibes voor een vierendel jaar arbeitsloon nar aftogte van schoenlappen als andersints, suiver seven gulden ses stuijvers f 7-06-00 
1680, 13 februarij ontvangen van Sioucke Sibes voor 1/2 jaar arbeitsloon nae aftogte als boven, vrij gelt ses guldens een stuijver f 6-01-00 
Den 11 maij in omnibus als boven voor een quart jaar arbeitsloon ontvangen ses guldens negen stuijvers 12 penningen f 6-09-12 
Den 3 augusti ontvangen nog als boven voor een vierendel jaar arbeitsloon van Oepke Jogums negen gulden achtien stuijvers f 9-18-00 
---------- 
f 29-14-12 
 
[0142r] Ontvang voor Oepke alleen 
[marge] 1680 
[welgebracht ende aengenomen] 
Den 10 novembri ontvangen van Sioucke voornoemd van een vierendel jaar arbeitsloon voor Oepke na deductie van schoenlappen en andere oncosten, ses guldens achtien stuijvers f 6-18-00 
Den 3 augusti ontvang door handen van Siouck Sijbes van 1/4 jaar arbeitsloon als boven f 9-18-00 
Tot Alderheiligen is bij mij niet ontvangen voor arbeitsloon 
[marge] 1681 
den 12 februarij ontvangen als boven van Siouck Sijbes 1/4 jaar arbeitsloon onder deductie van schoenlappen en andere oncosten dertien guldens 14 stuijvers f 13-14-00 
Den 7 maij ontvangen als boven van Siouck Sijbes 1/4 arbeitsloon onder deductie als boven f 11-11-00 
Den 13 novembri ontvangen van Siouck Sijbes voor een halff jaar arbeitsloon, de somma van twintig guldens 16 stuijvers f 20-16--00 
---------- 
f 62-17-00 
f 29-14-12 
f 14-10-08 
---------- 
f 107-02-04 
 
Bedragende also dese boven ennde vorenstaande Speciale ontvang voor Oepke Jogums alleen, de somma van Een hondert ende seven caroli guldens 2 stuijvers 4 penningen f 107-02-04 
Waar bij gedaen de geregte helfte van de generale ontvang nae aftocht [0142v] van de generale uijtgave tot vier hondert ses en dertig Caroli guldens twalef stuijvers vier penningen f 436-12-04 
Soo geblijckt ende wort bevonden sijn Oepke Jogums competentie ofte ontvang te bedragen vijff hondert drie en veertig Caroli guldens veertien stuijvers ende acht penningen f 543-14-08 
 
[0143r] Uijtgave tegens vorige ontvang en voor eerst Gemene Uijtgave 
[gebleken bij quitantie] 
1676, den 27 aprilij betaelt aen de Burgemeester Jacobus Goslings de somma van ses caroli guldens ses stuijvers voor het stellen, opnemen en sluijten van de reeckeninge door Siouckjen Sijbes aen de kinderen gedaen, luijt quitantie met numero 1 f 6-06-00 
Dito 28 betaelt aen de secretaris dr. Dominicus Wringer de somma van drie en twintig caroli guldens drie stuijvers ter sake Gerechts Salarien, volgens Sijn Specificatie ende quitantie met numero 2 f 23-03-00 
[transeat] 
Den 22 Maij betaelt voor een schrijffboeckje om de kindren administratie aen te tekenen, vier stuijvers f 0-04-00 
---------- 
f 29-13-00 
 
[0143v] Gemene uijtgave 
[marge] 1676 
[transeat] 
Den 22 Maij betaelt aen de heer Lantingh, de somma van vijff caroli guldens voor twee schoorstienen schorstiengeldt van het huijs in de Kerckstraat f 5-00-00 
[gebleken bij quitantie] 
Den 28 Julij betaelt aen Broer Fongers twee guldens drie stuijvers acht penningen van reparatie aen het huijs, daer Broer in woont voor de kinderen verschooten, luijt notule met numero 3 f 2-00-00 
1677, den 28 augusto betaelt aen de Rentemeester Hilbrandts twee guldens dartien stuijvers ter causa schattinge en grondpacht van het huijs in de Kerckstraat, vermogens den quitantie met numero 4 f 2-13-00 
---------- 
f 9-16-08 
 
1678, den 19 Julij betaelt aen Pijtter 
 
[0144r] Gemene uijtgave 
[marge] 1678 
[gebleken bij quitantie] 
Crijns ende anderen ter causa reparatien aen de masse huijsinge met Broer Fongers als aen den voornoemde Pijtter f 9-04-00 
aen Keimpe Arjens f 7-17-12 
aen Wijbe Liskes f 5-03-08 
aen Jan Joannis f 1-06-14 
bij Broer uijtgeschooten aen bont steenties, glasen en bier f 2-02-00 
 
Maeckende samen vijff en twintig caroli guldens 14 stuijvers ende 2 penningen, volgens hunne quitantien bij malckanderen leggende, waar af de kinderen de helfte te laste comt, dus voor haer portie f 12-17-01  
 
Den 4 Octobri betaelt aen Pijtter Bruijns de helfte van een gulden, drie stuijvers ter sake arbeitsloon aen het huijs in de Kerckstraat, luijt quitantie met patet f 0-11-08 
1679, den 6 Septembri betaelt aen de rentemeester Hillebrandts twie guldens dertien stuijvers ter sake schattinge en grontpacht van het huijs in de Kerckstraat, volgens quitantie met numero 5 f 2-13-00 
---------- 
f 16-01-09 
 
Nota Broer Fongers en de kinderen betalen de schattinge en grontpacht jaar om jaar 
 
[0144v]Uijtgaeff 
[marge] 1681 
[transeat] 
Den 10 februari betaelt aen notarius B. Ziricus voor het stellen van dese rekeninge ses guldens achtien stuijvers f 6-18-00 
f 16-01-09 
f 9-16-08 
f 29-13-00 
---------- 
f 62-09-01 
 
Bedragende also dese boven ende vorenstaende uijtgave generael twee ent sestig Caroli guldens negen stuijvers een penning f 62-09-01 
 
Ende nu vervolgens dese generale uijtgave ad 62-09-01 gededuceert ende affgetrocken zijnde van de vorenstaende gelerale ontvang 935-13-08, soo geblijckt ende wort bevonden dese ontvang meerder te bedragen dan de uijtgave, de somma van acht hondert drie ent seventigh Caroli guldens vier stuijvers seven penningen f 873-04-07 
 
Voorts nu dese overige generale ontvangh ad 873-04-07 in twee egale helten gedivideert zijnde comt voor ijder van de beijde Rendeerden te bedragen de somma van vier hondert ses en dertig Caroli guldens twaleff stuijvers vier penningen f 436-12-04 
 
[0145r] Particuliere uijtgaeff voor Oepke Jogums 
[transeat] 
1676, Den 10 maij betaelt van schoenlappen f 0-02-00 
 
[gebleken bij quitantie] 
Den 22 junij betaelt aen Cornelis Claessen een gulden acht stuijvers voor een paar schoen tot behoeff van Oepke Jogums, volgens quitantie met numero 1 f 1-08-00 
Den 20 October betaelt aen Jan de Leeuw een gulden acht stuijvers ter sake geern tot behoeff van Oepke gelevert luijt quitantie met numero 2 f 1-08-00 
Den 11 november betaalt aen Siouckjen Sijbes de somma van negen ende twintig caroli guldens twaleff stuijvers voor ses en twintig weecken costgelt van Oepke Jochums, weex twee en twintig stuijvers daer onder een gulden van schoenlappen, luijt quitantie met numero 3 f 29-12-00 
---------- 
f 32-10-00 
 
 
[0145v] uijtgave voor Oepke Jochums 
[gebleken bij quitantie] 
Den 23 Aprili betaalt aen Lammert Lammerts de somma van een gulden vijf stuijvers wegens een paer schoenen voor Oepke Jochums, volgens quitantie met numero 4 f 1-05-00 
Den 13 maij betaelt aen Siouckie Sijbes een en dertig caroli guldens twaleff stuijvers ter sake een halff jaar costpenningen van Oepke voornoemd, weex 22 stuijvers haer uijtgeleijdt gelt daeronder begrepen, luijt quitantie met numero 5 f 31-12-00 
[transeat] 
Den 7 Julij het pupil aen sondagsgelt gedaan twaleff stuijvers f 0-12-00 
Den 2 november Oepke Jochums aen sondags gelt gedaan tien stuijvers f 0-10-00 
---------- 
f 33-19-00 
 
[0146r] Uijtgave voor Oepke 
[marge] 1677 
[gebleken bij quitantie] 
den 10 november betaelt aen Siouckjen Sijbes, de somma van twee en dertig caroli guldens ter sake een halff jaar costpenningen en schoenlappen van Oepke Jogums, te sien bij quitantie met numero 6 f 32-00-00 
Dito betaelt aen Pijtter Hendrix sestien stuijvers van een schootsvel voor Oepke, luijt quitantie met numero 7 f 0-16-00 
1678, den 22 januario betaelt aen Saecke Romckes seven guldens sestien stuijvers voor geleverde winckelwaeren voor het pupil, luijt quitantie met numero 8 f 7-16-00 
Voor vijff dosijn knopen betaelt tien stuijvers, luijt notule f 0-10-00 
---------- 
f 41-02-00 
 
[146v] Uijtgave voor Oepke 
[marge] 1678 
[transeat] 
Den 29 martij het pupil aen sondags geldt gedaan twaleff stuijvers f 0-12-00 
[gebleken bij quitantie] 
Den 1 maij betaelt aen Siouckie Sijbes, een en dertig caroli guldens vier stuijvers voor ses en twintig weecken costgelt, weex 24 stuijvers, op dato verschenen, luijt quitantie met numero 9 f 31-04-00 
Den 19 augusti betaeld aen Siouckjen vernoemd veertien caroli guldens acht stuijvers voor een quart jaar costpenningen op Sint Jacob verschenen, weex tegens 24 stuijvers als boven te sien bij quitantie met numero 10 f 14-08-00 
Den 25 dito betaelt aen Elbrichie IJsax de somma van acht caroli guldens vijff stuijvers ter sake geleverde twaleff ellen doeck tot hembden voor Oepke Jochums, de elle tot dertien stuijvers twaleff penningen, vermogens haer quitantie met numero 11 f 8-05-00 
---------- 
f 54-09-00 
 
[0147r] Uijtgave voor Oepke 
[marge] 1678 
[gebleken bij quitantie] 
Den 9 November betaelkt aen Siouckien Sibes, de somma van seventien caroli guldens sestien stuijvers, voor een vierdeljaar costpenningen van Oepke, daer onder een gulden voor vier hembden te maecken, luijt quitantie met numero 12 f 17-16-00 
1679, den 17 februario betaelt aen Siouckjen voornoemd de somma van vijftien guldens twaleff stuijvers ter sake een vierendel jaar costpenningen als boven op 9 dato deses verschenen, vermogens quitantie met numero 13 f 15-12-00 
wederom den 5 maij dito Siouckien van een vierendeljaar costgelt van Oepke betaelt, op den 1 verschenen, vijftien guldens twaleff stuijvers, luijt quitantie met numero 14 f 15-12-00 
---------- 
f 49-00-00 
 
Den 26 Maij betaalt aen de Burgemeester 
 
[0147v] Uijtgave voor Oepke 
[marge] 1679 
[gebleken bij quitantie] 
Jan Sijmons de somma van sestien guldens ses stuijvers veertien penningen ter sake Chergie tot een kleedt met sijn bijspil, voor Oepke Jochums, luijt Specificatie ende quitantie met numero 15 f 16-06-14 
Den 14 Julij betaelt aen Reintie de Vos, de somma van drie guldens drie stuijvers, voor het maecken van bovenstaende pack kleeren, luijt quitantie met numero 16 f 3-03-00 
Den 31 dito betaelt aen Siouckjen Sijbes de somma van veertien caroli guldens acht stuijvers, ter causa een vierendel jaar costpenningen van Oepke voornoemd, op Sint Jacob verschenen, te sien bij quitantie met numero 17 f 14-08-00 
Den 12 November aen den selven wederom voor een vierendel jaar costpenningen als boven, alderheiligen verschenen, betaelt sestien gulden sestien stuijvers, vermogens quitantie met numero 18 f 16-16-00 
---------- 
f 50-13-04 
 
[0148r] Uijtgave voor Oepke 
[gebleken bij quitantie] 
1680, den 12 Februario betaelt aen Siouckien Sijbes, de somma van vijftien guldens twaleff stuijvers, voor een vierendel jaar costpenningen van Oepke Jochums, den 2 deses verschenen, meldens quitantie met numero 19 f 15-12-00 
Den 11 maij betaelt aen de selve voor een vierendel jaar costpenningen als boven, de 1 deses verschenen vijftien caroli guldens twaleff stuijvers, luijt quitantie met numero 20 f 15-12-00 
Den 19 junij betaalt aen Hendrick Sopingius, de somma van twee guldens van verschoten gelt voor Oepke om een snimes ende een dissel te copen, blijckende bij quitantie met numero 21 f 2-02-00 
---------- 
f 33-06-00 
 
[0148v] Uijtgave voor Oepke 
[gebleken bij quitantie] 
1680, den 3 augusto betaelt aen Siouckien Sijbes de somma van veertien caroli guldens acht stuijvers, ter causa een vierendel jaar costpenningen van Oepke Jogums, Sint Jacob verschenen luijt quitantie met numero 22 f 14-08-00 
Den 12 dito betaelt aen Goucke Sibrens, de somma van drie guldens twaleff stuijvers acht penningen ter sake geleverde sargie voor Oepke Jogums, luijt quitantie met numero 23 f 3-12-08 
---------- 
f 18-00-00 
 
Den 8 november betaalt aen Siouckjen Sijbes voor dertien ellen linnen tot vier hembden voor Oepke Jogums 
 
[0149r] Uijtgave voor Oepke 
[marge] 1680 
den somma van negen guldens vijftien stuijvers, luijt quitantie met numero 24 f 9-15-00 
[gebleken bij quitantie] 
dito betaalt aen Siouckie Sijbes voornoemd, de somma van sestien guldens sestien stuijvers ter causa een vierendel jaar cost penningen van Oepke Jochums, alderheiligen verschenen, luijt quitantie met numero 25 f 16-16-00 
[marge] 1681 
den 10 februarij betaelt aen Siouckie Sijbes vijftien guldens twaleff stuijvers ter sake 1/4 jaar costgelt betaelt, blijckt quitantie met numero 26 f 15-12-00 
Den 7 maij betaelt aen Siouckjen Sijbes de somma van vijftien guldens twaleff stuijvers ter sake 1/4 jaar costgelt als boven, volgens quitantie met numero 27 f 15-12-00 
Den 6 augusti betaelt aen Siouck Sijbes veertien guldens 8 stuijvers ter sake 1/4 jaar costgelt, volgens quitantie met numero 28 f 14-08-00 
---------- 
f 72-03-00 
 
[0149v] Uijtgave voor Oepke Jogums 
[marge] 1681 
[gebleken bij quitantie] 
Den 13 November betaelt aen Siouck Sijbrens voor 1/4 jaar costgelt sestien guldens 16 stuijvers, volgens quitantie met numero 29 f 16-16-00 
[marge] 1682 
Den 2 Januarij betaelt aen Siouckjen, segge aen Sake Romckes de somma van acht guldens twaleff stuijvers ter sake geleverde winckelwaren, volgens quitantie met numero 30 f 8-12-00 
Den 9 maij betaelt aen Siouck Sijbrens de somma van een half jaar costgelt, volgens quitantie met numero 31 f 31-04-00 
[marge] 1684 
den [niet ingevuld] Junij betaelt aen de Fiscaal Marnstra, de somma van twaleff ter sake breucken wegens sijn gedane delicten, volgens quitantie met numero 32 f 12-00-00 
---------- 
f 68-12-00 
 
Bedragende also deser particuliere uijtgave voor Oepke Jogums in thien sijden bestaande, de somma van vier hondert seven ende veertig Caroli guldens vijftien stuijvers ses penningen 
---------- 
f 447-15-06 
 
En nu voorts dese uijtgave ad 447-15-06 gededuceert ende affgetrocken sijnde de gesamentlijcke profijttelijke staat soo geblijckt ende bevonden voor hem nog over te sijn, de somma van vijff ent negentig Caroli guldens negenthien stuijvers twee penningen f 95-19-02 
 
[0150r] Particuliere uijtgave voor Boijen Jochums 1676 
[transeat] 
Den 7 Maij betaelt van schoenlappen acht stuijvers f 0-08-00 
[gebleken bij quitantie] 
Den 28 Julij betaelt van bijspil ende schoenlappen volgens notule met numero 1 een gulden negentien stuijvers f 1-19-00 
Den 20 October betaalt aen Jan de Leeuw een gulden vijftien stuijvers ter sake sijjetter gaern voor Boijen Jochums luijt quitantie met numero 2 f 1-15-00 
Den 11 november betaalt aen Lolle Jacobs een gulden veertien stuijvers voor een paer schoen, ten behoeve van Boijen Jochums luijt quitantie met numero 3 f 1-14-00 
Den 20 December wegens Boijen Jogums betaalt aen Jan Dirxen drie caroli guldens van geleverd laecken als anders vermogens quitantie met numero 4 f 3-00-00 
---------- 
f 8-16-00 
 
[0150v] Uijtgave voor Boijen 
[gebleken bij quitantie] 
Den 8 Februarij betaelt aen pijtter Hendrix voor een schootsvel tot behoeff van Boijen een caroli gulden, luijt quitantie met numero 5 f 1-00-00 
dito betaelt aen Pijtter Coenes voor een paer hosen ten dienste als boven achtien stuijvers, luijt quitantie met numero 6 f 0-18-00 
Den 5 maart betaalt aen Gerrijt Jurjens van geleverde waren tien stuijvers twee penningen, meldens quitantie met numero 7 f 0-10-02 
aen Grietie Broers van uijtgeleid schoenlappen betaelt ses stuijvers, luijt notule met numero 8 f 0-06-00 
Item aen Gerrijt Jurjens voor winckelwaren betaalt twee guldens ses stuijvers vier penningen, volgens quitantie met numero 9 f 2-06-04 
Den 15 maij betaelt aen Jacob Jurjens voor Charchie tot een pack kleren voor Boijen negen guldens twee stuijvers, luijt quitantie met numero 10 f 9-02-00 
---------- 
f 14-02-06 
 
[0151r] Uijtgave voor Boijen 
[marge] 1677 
[gebleken bij quitantie] 
Den 22 Maij betaelt aen Beijtske Poppes veertien stuijvers voor knopen tot behoeff van Boijen Jogums, meldens quitantie met numero 11 f 0-14-00 
dito betaelt aen Sake Romckes voor bijspil tot een pack kleeren voor Boijen Jogums ses gulden vier stuijvers, vermogens quitantie met numero 12 f 6-04-00 
[transeat] 
Den 2 junij het pupil aen Sondagsgelt gedaan twaleff stuijvers f 0-12-00 
[gebleken bij quitantie] 
Den 5 dito betaelt aen Goijckien Ulbes drie caroli guldens veertien stuijvers voor het maecken van Boijens pack kleren, meldens quitantie met numero 13 f 3-14-00 
[transeat] 
Den 14 Julij Boijen aen Sondagsgelt gedaan, twaleff stuijvers 
---------- 
f 11-16-00 
 
[0151v] Uijtgave van Boijen 
[marge] 1677 
[gebleken bij quitantie] 
Den 5 augusto tot behoeff van Boijen voor een paer schoen aen Lolle Jacobs betaelt een gulden sestien stuijvers, luijt quitantie met numero 14 f 1-16-00 
[transeat] 
Den 2 September Boijen aen sondagsgelt gedaen, twaleff stuijvers f 0-12-00 
Den 13 dito heeft Boijens meester in Hollandt voor hem een psalmboeck gecoght en daer voor betaelt twee gulden f 2-00-00 
Den 10 Octobri Freerck Mockema om het vernoemde boeck met silver te beslaen, betaelt een gulden dertien stuijvers, waer van de quitantie verloren is f 1-13-00 
Den 2 november gedaan aen Boijen Jogums tot Sondags gelt ende een paer wanten te copen, samen vijftien stuijvers f 0-15-00 
---------- 
f 6-16-00 
 
[0152r] Uijtgave voor Boijen 
[marge] 1677 
[gebleken bij quitantie] 
betaelt aen Pijtter Coenes voor een paer hosen, tot behoeff van de rendeerde, twee caroli guldens, luijt quitantie met numero 15 f 2-00-00 
[transeat] 
Den 24 novembri Boijen Jochums aen Sondags gelt als anders gedaen, samen veertien stuijvers f 0-14-00 
[gebleken bij quitantie] 
Den 25 dito betaelt aen pieter Coenes van een paer hosen voor Boijen, vijftien stuijvers, luijt quitantie met patet f 0-15-00 
[marge] 1678 
[transeat] 
Den 2 Martij Boijen Jochums tot sondags gelt gedaen twaleff stuijvers f 0-12-00 
---------- 
f 4-01-00 
 
[0152v] uijtgave voor Boijen 
[marge] 1678 
[gebleken bij quitantie] 
Den 3 martij betaalt aen Pijtter Hendrix voor een schootsvel tot behoeff van Boijen Jogums, veertien stuijvers, luijt quitantie met numero 17 f 0-14-00 
Den 19 dito betaelt aen Trijntje Jans voor doeck tot hembden voor de rendeerde dertien guldens elleff stuijvers, luijt quitantie met numero 19 f 13-11-00 
[transeat] 
Den 31 dito voor schoenlappen ende tot sondags gelt, samen sestien stuijvers f 0-16-00 
Den 24 april wederomme aen Boijen tot sondags gelt gedaen twaleff stuijvers f 0-12-00 
---------- 
f 15-13-00 
 
[0153r] Uijtgave voor Boijen 
[marge] 1679 
[gebleken bij quitantie] 
Den 3 Maij betaalt aen Aucke Gerrijts voor een paer schoen voor Boijen, een gulden twaleff stuijvers, luijt quitantie met numero 19 f 1-12-00 
Den 14 maij betaalt aen Saacke Romckes, de summa van negen gulden ses stuijvers van geleverde winckelwaren tot een hembdrock voor Boijen, meldens quitantie met numero 20 f 9-06-00 
dito aen Goijcken Ulbes betaelt om de selve hembdrock te maecken, een caroli gulden twee stuijvers vermogens quitantie met numero 21 f 1-02-00 
[transeat] 
Den 16 junij Boijen aen Sondags gelt gedaan tien stuijvers f 0-10-00 
den 14 julij idem twaleff stuijvers f 0-12-00 
---------- 
f 13-02-00 
 
[0153v] uijtgave voor Boijen 
[marge] 1679 
[transeat] 
Den 19 julij betaelt aen Broer Fongers vrouw, een gulden tien stuijvers voor ses nieuwe hembden te maecken f 1-10-00 
[gebleken bij quitantie] 
Betaelt aen de selven van eenige kleine expensen voor Boijen Jochums gedaen, luijt Specificatie en quitantie met numero 23 een gulden dertien stuijvers f 1-13-00 
Den 25 dito betaelt aen Grietie Boijes, de somma van sestien guldens sestien stuijvers voor twaleff weken costpenningen van Boijen Jogums, weex een goudgulden op dato verschenen, luijt quitantie met numero 24 f 16-16-00 
[transeat] 
Den 28 augusti Boijen aen sondags gelt gedaen twalef stuijvers f 0-12-00 
Den 17 September idem twaleff stuijvers f 0-12-00 
---------- 
f 21-03-00 
 
[0154r] uijtgave van Boijen 
[marge] 1679 
[transeat] 
Den 9 October Boijen aen sondags gelt gedaen twaleff stuijvers f 0-12-00 
[gebleken bij quitantie] 
Den 9 november betaalt aen grietie Boijes de somma van negentien guldens twaleff stuijvers voor veertien weecken costgelt van Boijen, de 1 deses vervallen, luijt quitantie met numero 25 f 19-12-00 
[marge] 1679 
Den 11 februarij betaalt aen Grietie Boijes de somma van een ende twintig caroli guldens voor vijftien weecken costgelt van Boijen, weex een goudgulden, de 15 deses verschenen, luijt quitantie met numero 26 f 21-00-00 
Den 9 maij betaalt aen Grietie Boijes voor elleff weecken vijff dagen costgelt als boven sestien caroli guldens acht stuijvers, luijt quitantie met numero 27 f 16-08-00 
---------- 
f 57-12-00 
 
[0154v] Uijtgave voor Boijen 
[marge] 1679 
[transeat] 
Opgeschoten aen Boijen Jochums aen sondagsgelt en in Januaris een almanach te copen twaleff stuijvers f 0-12-00 
[gebleken bij quitantie] 
Den 4 augusti betaelt aen Ritske Romckes, de somma van achtien guldens en ses stuijvers ter sake een vierendel jaar costpenningen en verschoten gelt voor Boijen Jochums, luijt quitantie met numero 28 f 18-06-00 
Den 27 Septembri betaelt aen sake romckes een gulden elleff stuijvers ter sake geleverde waren voor Boijen, volgens Specificatie ende quitantie met numero 29 f 1-11-00 
[transeat] 
Den 7 Julij Boijen aen Sondags gelt gedaen Sestien stuijvers f 0-16-00 
Den 13 dito idem ende tot betaling van een paer hosen gedaen samen een gulden tien stuijvers f 1-10-00 
---------- 
f 22-15-00 
 
[0155r] uijtgave voor Boijen 
[marge 1679 
[transeat] 
Den 12 augusti Boijen aen sondags geld gedaen en tot drie neusdoecken, een gulden vier stuijvers f 1-04-00 
Den 7 Septembris iden aen Sondags gelt gedaen sestien stuijvers f 0-16-00 
Den 5 Octobris hem tot incoop van een paer hoosen gedaen twalef stuijvers f 0-12-00 
Den 10 dito aen Boijen te sondags gelt gedaen twaleff stuijvers f 0-12-00 
Den 2 November wederomme aen Boijen tot sondags gelt gedaen twaleff stuijvers f 0-12-00 
---------- 
f 3-16-00 
 
[0155v] Uijtgave voor Boijen 
[marge] 1679 
[gebleken bij quitantie] 
Den 6 November betaelt aen Ritske Romckes achtien guldens drie stuijvers, voor een vierndel jaar costpenningen ende schoenlappen voor Boijen Jochums, den 1 deses verschenen, luijt quitantie met numero 30 f 18-03-08 
Den 15 dito betaelt aen Aucke Gerrijts een gulden veertien stuijvers voor een paer schoenen voor Boijen Jochums, luijt quitantie met numero 31 f 1-04-00 
[transeat] 
Den 27 December Boijen aen sondags gelt en een paer hosen te copen gedaen, samen een caroli gulden f 1-00-00 
1680, den 18 Januario Boijen aen sondags gelt gedaen twaleff stuijvers f 0-12-00 
---------- 
f 21-09-08 
 
 
[0156r] Uijtgave voor Boijen 
[marge] 1680 
[gebleken bij quitantie] 
Den 5 februarij betaelt aen Ritske Romckes negentien guldens twee stuijvers twaleff penningen voor een vierendel jaar costpenningen, sampt uijtschooten gelt van schoenlappen en andersints, te sien bij quitantie met numero 32 f 19-02-12 
[transeat] 
Den 19 dito Boijen aen Sondags gelt en tot neusdoecken gedaen, de somma van een gulden twee stuijvers f 1-02-00 
Den 20 maart hem aen Sondaghs gelt gedaen twaleff stuijvers f 0-12-00 
[marge] gebleken bij de notule 
betaelt voor een schootsvel achtien stuijvers, luijt notule met numero 33 f 0-18-00 
[gebleken bij quitantie] 
Den 10 Aprili Aucke Gerrijts wegen Boijen voor een paer schoen betaelt een gulden veertien stuijvers, luit quitantie met numero 34 f 1-14-00 
---------- 
f 23-08-12 
 
[0156v] Uijtgave voor Boijen 
[marge] 1680 
[transeat] 
Den 21 Aprili Boijen aen Sondags gelt gedaen twaleff stuijvers f 0-12-00 
Den 2 Maij oock tot Sondagshsgelt als boven, twaleff stuijvers f 0-12-00 
[gebleken bij quitantie] 
Den 3 dito aen Ritske Romckes, de somma van achtien guldens ses stuijvers twaleff penningen ter causa een vierendeel jaer costpenningen ende ander verschoten gelt voor Boijen Jogums, den 1 deses verschenen, volgens quitantie nmet numero 35 f 18-06-12 
Den 19 dito betaelt aen Sake Romckes veertien guldens drie stuijvers voor een pack kleren ende bijspil tot Boijen Jogums behoeff, luijt quitantie met numero 36 f 14-03-00 
[transeat] 
Den 23 dito Boijen gegeven tot sondagsgelt ende tot meesterloon van sijn handt, samen een gulden twee stuijvers f 1-02-00 
---------- 
f 34-15-12 
 
[0157r] Uijtgave voor Boijen 
[marge] 1680 
[gebleken bij quitantie] 
Den 29 Maij betaelt aen Heert schroor, drie guldens vier stuijvers voor het maecken van een pack kleeren en anders voor Boijen Jochums, vermogens de quitantie met numero 37 f 3-04-00 
[transeat] 
Den 12 junij Boijen aen Sondagsgelt gedaen twaleff stuijvers f 0-12-00 
[transeat] 
Den 12 junij Boijen aen Sondagsgelt gedaen twaleff stuijvers f 0-12-00 
Den 11 Julij idem twaleff stuijvers f 0-12-00 
[gebleken bij quitantie] 
Den 5 augustus betaelt aen Ritske Romckes achtien caroli guldens acht stuijvers vier penningen ter causa een vierendel jaar costpenningen ende ander verschoten gelt voor Boijen gedaen, Jacobi verschenen, luijt quitantie met numero 38 f 18-08-04 
[transeat] 
Den 25 dito Boijen aen sondagsgelt gedaen twaleff stuijvers f 0-12-00 
---------- 
f 23-08-04 
 
[0157v] Uijtgave voor Boijen 
[marge] 1680 
[transeat] 
Den 12 Septembris Boijen tot sondagsgelt gedaen twaleff stuijvers f 0-12-00 
Den 10 October iden veertien stuijvers tot sondags gelt f 0-14-00 
Den 1 November Boijen aen sondagsgelt gedaen, een caroli gulden f 1-00-00 
[gebleken bij quitantie] 
Den 8 dito betaelt aen Ritske Romckes achtien gulden negentien stuijvers twaleff penningen voor een vierendeel jaer cost gelt en andere behoeften van Boijen Jochums, luijt quitantie met numero 39 f 18-05-12 
 
---------- 
f 21-05-12 
 
[0158r] Uijtgave voor Boijen 
[marge] 1680 
Den 14 dito betaelt aen Aucke Gerrijts een gulden vijftien stuijvers voor een paer schoen van Boijen Jochums, luijt quitantie met numero 40 f 1-15-00 
[transeat] 
Den 30 dito Boijen tot sondags gelt gedaen, veertien stuijvers f 0-14-00 
Den 27 december wederom Boijen tot sondagsgelt veertien stuijvers f 0-14-00 
[marge] 1681 
[gebleken bij quitantie] 
den 4 Februarij betaelt aen Ritske Romckes negentien caroli guldens ter sake 1/4 jaar costgelt en andere oncosten, volgens quitantie met numero 41 f 19-00-00 
[transeat] 
den 13 februarij sondags gelt als boven f 0-16-00 
den 15 maart sondags gelt f 0-16-00 
---------- 
f 23-15-00 
 
[0158v] Uijtgave voor Boijen 
[gebleken bij quitantie] 
Den 3 maij betaelt aen Ritske Romckes twintig gulden sestien stuijvers ter sake 1/4 jaer kost gelt als mede uijtgeschoten gelt, blijckt quitantie met numero 42 f 20-16-00 
Den 3 April betaelt aen Aucke Gerrijts de somma van twee guldens ses stuijvers ter sake een paer schoen, volgens quitantie numero 43 f 2-06-00 
Den 26 julij betaelt aen Ritske Romckes de somma van negentien guldens tien stuijvers ter sake 1/4 jaar cost ende ander verschoten gelt, volgens quitantie met numero 44 f 19-10-00 
Den 4 november betaelt aen Ritske Romckes ter sake als boven, volgens quitantie met numero 45 f 20-06-00 
Den 9 november betaelt aen Sake Romckes de somma van een ende twintig guldens veertien stuijvers ter sake geleverde winckelwaren, volgens quitantie met numero 46 f 21-14-00 
Den 15 Desember betaelt aen Sake Romckes de somma van vier guldens seventien stuijvers ter sake geleverde winckelwaren, volgens quitantie met numero 47 f 4-17-00 
[marge] 1682 
den 3 februarij betaelt aen Ritske Romckes de somma van twee en twintig guldens een stuijver ter sake 1/4 jaar costgelt volgens quitantie met numero 48 f 22-01-00 
---------- 
f 111-10-00 
 
[0159r] Uijtgave voor Boijen 
[marge] 1682 
[gebleken bij quitantie] 
Den 4 maart betaelt aen Ritske Romckes de somma van seven guldens ter sake vijff weken costgelt, volgens quitantie met numero 49 f 7-00-00 
[marge] 1681 
Den 30 augusti betaelt aen Sijmon Jorna de somma van vier guldens veertien stuijvers ter sake geleverde medicijnen, volgens quitantie met numero 50 f 4-14-00 
desen Librae per abuis over gesien, moeste voren gestelt wese 
[marge] 1682 
[transeat] 
den 10 februari betaelt aen Boijen Jochums de somma van vijff guldens also hij naer Amsterdam soude om hem te verhuisen f 5-00-00 
Den 20 dito aen hem gegeven alsoo hij nae Amsterdam toog om te woonen f 5-00-00 
den 5 April heb ick hem gesonden een halff kijntien butter, kost f 4-05-08 
[gebleken bij quitantie] 
den 22 januarij betaelt aen Aucke Gerrijts een gulden sestien stuijvers, ter sake een paer schoen, volgens quitantie met numero 51 f 1-16-00 
[transeat] 
den 22 junij voor Boijen gecogt ende gesonden tot Amsterdam also daer woonde, 1/8 roode butter, met het waaggelt f 4-14-00 
den 10 september aen hem gegeven ofte betaelt vier caroli guldens tot reparatie van sijn kleeren als hij tuijs quam van Amsterdam f 4-00-00 
[gebleken bij quitantie] 
den 24 september betaelt aen Aucke Gerrijts twee guldens acht stuijvers ter sake een paer schoen, volgens quitantie met numero 52 f 2-08-00 
---------- 
f 38-17-08 
 
[0159v] uijtgave voor Boijen 
[marge] 1682 
[gebleken bij quitantie] 
den 3 October betaelt aen de Burgemeester Bijlaan negentien guldens achtien stuijvers ses penningen, ter sake geleverde winckelwaren, volgens quitantie met numero 53 f 19-18-06 
[transeat] 
den 22 dito betaelt aen Boijen twee guldens tien stuijvers, ter sake maeckloon tot sijn kleeren als boven verhaelt f 2-10-00 
den 14 november aen Boijen verschooten tot incoop van fleijs ende speck op de winter f 5-00-00 
[marge] 1683 
den 20 februari aen hem verschooten alsoo hij reijse nae Enckhuisen om te arbeiden ses gulden f 6-00-00 
[gebleken bij quitantie] 
den 17 november betaelt aen Sicke Reijns de somma van vijff gulden ses stuijvers ter sake een halff kijntie butter aen Boijen gesonden tot Amsterdam, volgens quitantie met numero 54 f 5-06-00 
---------- 
f 38-14-00 
 
Bestaende also dese boven ende vorenstaande particuliere uijtgave van Boijen Jochums alleen rakende in 20 sijden uijtgetrocken, de somma van vijfhondert en sestien Caroli guldens sestien stuijvers veertien penningen f 516-16-14 
En nu vervolgens dese vorenstaende uijtgave ad 516-16-14 gededuceert ende affgetrocken sijnde van de voren [0160r] gemelte ontvang voor Boijen Jochums tot 583-06-12, soo geblijckt ende wort bevonden voor hem noch suijver ende overig te sijn, de somma van ses ent sestig Caroli guldens negen stuijvers veertien penningen f 66-09-14 
welke somma van 66-09-14 bij desen door den rendant aen Boijen Jochums worden afgelevert. 
 
Blijvende noch in massa voor Boijen ende Oepke Jochums elx voor de helte seker reversael ten laste van Freerck Jansen, mr. stoeldraijer, van dato den 17 december 1681, doch bevestigt door continuatie, den 12 junij 1682 waer op noch twee termijnen te goede zijn ad f 103-16-12 
 
Een huijs off twee kamers staende alhier ter stede in de Karremansstraat waer aen haer Boijen ende Oepke te samen toecomt een achte part. 
En worden bij desen aen hun overgelevert darthien silveren lepels om bij hun onderling te werden gedeelt 
Alsmede sijn aen haer overgelevert sodanige goederen van linnen ende wollen als bij den Rendant eerstmaels waren ontvangen, ende weder bij hun beide uijtgedeelt aen ofte tot hun nodig gebruijck. 
 
[0160v] Waermede dan den Rendant ende Burgemeester Louwrens Jacobs Asperen dese sijne rekeninge gefurneert met de quitantien ende vordere documenten voor goedt ende oprecht wort gepasseert ende soo wel bij de Rendeerden als voren gesterckt, als voorgedachte Heeren Commissarien ende Secretaris ratione officii in alle manieren geapprobeert ende gelaudeert ende hij goeder rekeninge, bewijs ende reliqua bedanckt ende wegens Boijen Jochums vermits volle restitutie van alle goederen bedanckt van widere administratie geexonereert ende van alles desen aengaende volcomen ende generalijck voor eeuwig geabsolveert ende gequiteert, met aenneminge van hem, Boijen Jochums om den Rendant voor eenig nader reeckeninge off aenspraeck altoos te bevrijden, exempt alleen het geen voor als nog in massa verblijft voren gedacht, onder verbant sijn, Boijens goederen, met submissie van den Hove van Frieslandt, dese Stadt ende alle andere Gerechten ter eerster instantie justiciabel, en wort den Rendant nopens Oepke Jochums in desen administratie ende Curatele voor als noch gecontinueert. In kennisse der Rendeerden ende der selven geadjungeerdes handen, beneffens de subscriptie van meergeseide Heere Commissarien ende Secretaris, actum op den Raedhuise binnen Harlingen, den 24 September 1684. 
 
(get.) Boije Jogems dit merck heeft Boije en Oepke selfs gestelt 
(get.) Freerck Jansen 
(get.) Louwrens Jacobs Asperen 
(get.) Tierdt Bouwens 
absent Secretaris 
(get.) Theodorus Theodori 47) Posthumus 9/24 1684 notarius publicus 
 
 
[marge] Op huijden, den 23 September 1689 compareerde op den Raedhuijse binnen Harlingen voor de heere praesiderende Burgemeester Ziricus Nauta, geadsocieert met Alexander Widenbrugh, Secretaris, de Burgemeester Louwrens Jacobs Asperen als Curator over Oepke Jochums, doch nu major annis sijnde, welke Oepke nu sijn Curator, de Burgemeester Asperen voor sijn administratie bedanckt en exonereert, met aenneminge om den rendant voor enigh naeder rekeninge off aenspraeck altoos te bevrijden, en heeft den rendant tot dien einde aen den rendeerde overgelevert sodanige elleff Caroli guldens als bij slot van rekeninge gebleken is, meerder ontvangen dan uijtgegeven te sijn. Alsmede sodanige stucken off instrumenten als den rendant onder hem heeft berustende gehadt met aenneminge van den rendeerde om sijn gewesene Curator daerom ooit te maenen en saenen; in kennisse sijn hand, beneffens de subscriptie van de bovengedachte Heere Commissaris ende Secretaris in dato utsupra. [einde marge] 
 
(get.) dit merck heeft Oepke Jochums selfs alhier gestelt 
(get.) Zierk Nauta 
absent Secretaris 
(get.) J.J. Voorda